Btylage 37
deelte.
VERSLAG van den Gemeentelijken Geneeskundigen
en Gezondheidsdienst te 's-Gravenhage over
het dienstjaar 1933.
Het jaar 1933 heeft, naar voor de hand ligt, geheel in het Algemeen ge-
teeken der bezuiniging gestaan. Het was al wegen en over
wegen, wat de dienstklok sloeg.
Dit gold niet slechts den G.G. en G.D. als zoodanig, maar
betrof ook de bemoeienissen, die ten bate van andere diensten,
met name ten behoeve van Maatsch. Hulpbetoon worden ver
zorgd, waartoe inzonderheid de kontróles zijn te rekenen, die
eensdeels betrekking hebben op de verstrekking van apparatuur,
anderdeels verband houden met de opname en den verpleegduur
in de ziekenhuizen.
Voor wat het budget van den eigen Dienst betreft waren het
vooral de kosten voor dagverpleging, die, dank zij de medewer
king der desbetreffende wijkvereenigingen, reduktie konden
ondergaan. Tot tweemaal toe toch werd met een verlaging van
den bijslag genoegen genomen, terwijl alsnog een beperking der
zg. zomerverpleging kon ingeleid worden.
Daarnaast is meer strikt de hand gehouden aan den reeds
eerder gestelden eisch van ziekenvoedsel van wege den Dienst
uitsluitend in het karakter van medikament te doen verstrek
ken. Daarbij verviel de verstrekking in het karakter van bijvoe
ding aan den Dienst voor Maatsch. Hulpbetoon, terwijl de be
moeienis van den Dienst zich tot het bekontroleeren der nood
zakelijkheid beperkte.
Tegenover deze verlichtingen van het eigen budget staat, dat
de verhoogde neiging om zich in geval van ziekte voor behan
deling op de Gemeente te verlaten, tot eenige meerdere uitgaven
voor den Dienst heeft geleid. Dit nog niet zoozeer voor wat het
geneeskundig deel der verzorging betreft. Hierin, in het dokters
werk, toch kon worden volstaan met in de drukste twee der
tien wijken, waarin de Gemeente ten behoeve van de geneeskun
dige armenzorg is verdeeld, een hulpkracht op halve dagtaak
aan de desbetreffende geneeskundigen toe te voegen; voor wel
ken bijstand laatstelijk hulpgeneesheeren der Gem. Ziekenhuizen