8
Toezicht op den
verpleegduur.
De inrichtingen, waarheen de overbrenging plaats vond, zijn:
de Gemeentelijke inrichtingen aan den Zuidwal, het Slijkeinde,
den Tapijt weg, benevens de barakken aan de Zusterstraat, het
R.-K. Ziekenhuis aan het Westeinde, de R.-K. Vrouwenkliniek
„Bethlehem” aan de Prinsessegracht, de Diakonesseninrichting
aan de Bronovolaan, de Inrichting voor Ooglijders aan de Laan
van Meérdervoort, het Kinderziekenhuis aan de Dr.-van-Wely-
laan, het Roode Kruis Ziekenhuis aan de Segbroeklaan, de
Emmakliniek aan den Parkweg, de Zuigelingenklinieken aan de
Regentesselaan en het Oranjeplein, de kliniek van „De Volhar
ding” aan den Ged. Burgwal en de Inrichting „St. Antonius-
hove” te Voorburg, benevens het Militair Hospitaal aan den
Fluweelen Burgwal, uitsluitend bestemd voor mannelijke pa
tiënten.
Over het Konsultatiebureau der ’s-Gravenhaagsche Vereeni-
ging tot bestrijding der t.b.c. werden door den Dienst 345 (307)
patiënten in sanatoria geplaatst.
In de wijze, waarop het toezicht op den duur der verpleging
van lijders geheel of gedeeltelijk voor rekening der Gemeente
wordt uitgeoefend, kwam deze verandering, dat bij den aanvang
des jaars de kontröle op maximum termijnen werd ingesteld
van voor de partikuliere ziekenhuizen drie, bij uitzondering zes
weken, binnen welke termijnen opnieuw over eventueele ver
lenging moet worden beslist.
De Gem. Ziekenhuizen zijn tot dusver niet in deze regeling
begrepen. Wel zijn ook voor de Sanatoria en de Verpleeghuizen
analoge beperkingen ingevoerd. Hetgeen alsnog geldt voor de
hierna te noemen psychiatrische klinieken.
De onderbrenging van geestes- en zielszieken geschiedt in de
Onderbrenging
van geestes- en Ramaer-kliniek, dan wel, indien dit wordt gewenscht en voor
zielszieken. zoover plaats beschikbaar, in de St. Jacobusstichting te Wasse
naar, benevens in de Kliniek Ockenburgh, kunnende daardoor
in verreweg de meeste gevallen het bevelschrift van den Burge
meester worden ontgaan. De noodzakelijkheid van plaatsing
wordt door den direkteur van den Dienst beoordeeld, bij welke
beoordeeling stelselmatig wordt nagegaan, of niet met behulp
van de Vereeniging Dr. Schroeder van der Kolk opname in een
inrichting is te voorkomen.
In 1933 zijn in de Ramaer-Kliniek 419 (551), in de St. Jacobus
stichting 58 (47) en in de Kliniek Ockenburgh 129 (126) patiën
ten opgenomen, w.o. 185 recidiven en van wie 56 van uit het
Gem. Ziekenhuis, terwijl in 32 (19) gevallen geen voldoende ter
men voor opname aanwezig waren en voor 2 (4) gevallen opname
in het Gem. Ziekenhuis werd noodig geacht. Alsnog zijn 17 (32)
37 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST.