44
20
Bij alle richtingen te zamen neemt de gemiddelde bezetting
van alle klassen te zamen van jaar tot jaar toe. In de klassen
I t./m. V was de gemiddelde bezetting, gerekend voor alle rich
tingen te zamen, in 1934 grooter dan in elk der jaren sinds 1930.
Wat de verschillende richtingen betreft, is, behalve bij de Bij
zondere Gymnasia, voor alle klassen te zamen de gemiddelde
bezetting voor 1934 het grootst, waarbij het aantal voor de Open
bare H.B.S.-en (in de voorafgaande jaren dat voor de Openbare
Handelsdagscholen) het hoogst is. Gerekend voor alle klassen
te zamen is de gemiddelde bezetting slechts met één uitzonde
ring voor de gymnasia bij het openbaar onderwijs in alle
jaren hooger dan bij het overeenkomstige bijzonder onderwijs.
Met enkele uitzonderingen kan voor elk der jaren worden
vastgesteld, dat de bezetting bij alle richtingen van onderwijs
afneemt van de lagere naai- de hoogere klassen. De verminderde
bezetting in de hoogere klassen is niet zoozeer een gevolg van
de splitsingen in afdeelingen na het tweede leerjaar als wel
vooral van de afneming van de schoolbevolking. Voor de jaren
1930 t./m. 1934 zijn de volgende cijfers bijeengebracht voor de
eerste vier leerjaren (voor het 5de en 6de leerjaar is zuivere ver
gelijking niet mogelijk).
Gemiddeld over de jaren 1930 t./m. 1934 was het aantal leer
lingen bij alle richtingen te zamen in de 2e klasse 90,2 pCt. van
dat in de le klasse en in de 3e en 4e klasse onderscheidenlijk
83,1 en 73,9 pCt. daarvan.
VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS.
Ie klasse.
2e klasse.
4e klasse.
n
r>
n
n
n
n
n
H
1930.
1931.
1932.
1933.
1934.
1 316
1 374
1 413
1 515
1 598
1 244
1 203
1 287
1 322
1 446
1 105
1 191
1 150
1 253
1 290
94,5
87,6
91,1
87,3
90,5
84,-
86,7
81,4
82,7
80,7
71,1
73,1
78,8
74,3
72,2
1930.
1931.
1932.
1933.
1934.
15
15
15
15
15
936
1 005
1 113
1 125
1 154
15 September
15
15
15
15
Verhoudingscljfers. (Aantal leerlingen in de le klasse 100.)
100
100
100
100
100
Aantal leerlingen by alle richtingen te zamen
3e klasse.