17
66
TABEL XXI. Percentage, hetwelk Gemeente-, Vereenigings- en
particuliere bouw uitmaakt van den nieuwbouw.
Mede wordt hieraan toegevoegd een overzicht van het per
centage, hetwelk Gemeente-, Vereenigings- en particuliere bouw
uitmaakt van den nieuwbouw, over de jaren 1925 t./m. 1934.
Tabel XXII geeft een vergelijkend overzicht van de ver
meerdering van den woningvoorraad in de vier groote steden.
De benoodigde gegevens werden welwillend verstrekt door de
Directeuren van de Woningdiensten te Amsterdam, Rotterdam
en Utrecht.
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
Nieuwbouw.
Gemeente.
Totaal.
JAAR.
208
4,1
Abso
luut.
In
V. tot.
1925
1926
1927
1928
1929
1930
1931
1932
1933
1934
228
165
52
228
lu
v. tot
1771
3734
3652
3405
3604
3445
4371
4746
3894
4601
In
v. tot.
569
414
442
237
79,5
86,3
81,4
90,7
92,7
95,1
89,3
93,3
98,7
91,4
17,5
9,6
9,9
6,3
3336
4326
4484
3758
3887
3622
4899
5086
3946
5037
4,6
3,3
1,3
4,5
996
178
390
116
283
177
300
175
3,0
4.1
8,7
3,0
7,3
4,9
6,1
3,4
Particuliere
bouwnijverheid.
Abso
luut.
Woningbouw-
vereenigingeu.
Abso
luut.