20
5
’s-Gravenhage, 24 Mei 1935.
De algemeene vergadering van aandeelhouders besloot den
Isten Augustus 1935 de balans en de verlies- en winstrekening
goed te keuren en het nadeelig saldo ten laste van het Reserve
fonds te brengen overeenkomstig het voorstel van den Raad
van Commissarissen.
De Raad van Commissarissen was op 31 December 1934 aldus
samengesteld: Ir. L. J. M. Feber, F. N. V. Quant, P. Bakker
Schut, W. Henss, M. Zanen, H. P. C. Zanen en J. K. Sadée.
De Gedelegeerde Commissarissen,
H. P. C. ZANEN.
P. BAKKER SCHUT.
Het resultaat der verhuring is zeer ongunstig. Bij een bedrag
aan bruto huren van f 141.376,41 moest f 33.010,67 (23,33
worden geboekt aan huurschade wegens onverhuurd en
f 1.735,61 (1,2 wegens oninbare huren. De verhuring der
woningen veroorzaakt voorheen ongekende moeilijkheden.
Naast een voortgaande daling der huurprijzen, zijn de eischen,
welke nieuwe huurders aan de te huren woningen meenen te
mogen stellen, dikwijls buitensporig te achten. Door deze laatste
omstandigheid worden mede de zeer hooge uitgaven voor
onderhoud der woningen veroorzaakt.
Ten gevolge van het bovenvermelde sluiten de jaarreke
ningen met een nadeelig saldo van f 8.033,68.
Wij adviseeren Uw College de hierbij overgelegde jaarreke
ningen goed te keuren en aan de algemeene vergadering van
aandeelhouders voor te stellen, gelet op artikel 21 der statuten
onzer Vennootschap, het nadeelig saldo ten laste van het
Reservefonds te brengen.
VERSLAG DER N.V. „STEDELIJK BELANG”.