27 12 Standplaatsen. Algemeene markt De gezondheidstoestand van dat personeel was ongunstiger dan in het voorgaande jaar. Het aantal ziektedagen was 192, zijnde ruim 5,9 van het aantal werkdagen. Voor 1933 waren deze cijfers onderscheidenlijk 49 en 1,5 Het totaal uitbetaalde ziekengeld bedroeg f 1.154,71. Evenals het vorige jaar kon ook gedurende het verslagjaar aan alle aanvragen om een standplaats op de algemeene markt worden voldaan. Van de ’s-Gravenzandelaan is door de kooplieden ook dit jaar wederom meer gebruik gemaakt dan in voorgaande jaren, in het bijzonder voor den verkoop van groenten. Over het alge meen worden de standplaatsen aldaar ingenomen door hen, die handelen in oud-roest, tweede-handsche meubelen enz. en in hoofdzaak gedurende de zomermaanden, wanneer geen ruimte meer op de Prinsegracht beschikbaar is voor het uitstallen van dergelijke artikelen. De handel in versche visch op het laatst bedoelde gedeelte der markt neemt steeds toe. Klachten omtrent den geringen omzet der artikelen, o.m. als gevolg van de werk loosheid, werden gedurende het verslagjaar meer nog dan in andere jaren van de zijde der kooplieden vernomen. Het sedert 1 Juli 1926 ingevoerde monopolie voor de kramen- verhuur heeft ook gedurende het verslagjaar bevredigend gewerkt. In zijne vergadering van 12 December 1932 besloot de Raad tot verplaatsing van de algemeene markt en de vischmarkt, met uitnoodiging aan Burgemeester en Wethouders om, gezien de bedenkingen tegen de verplaatsing naar de Herman-Coster- straat, alsnog te onderzoeken of er een andere plaats of plaatsen zijn aan te wijzen, waartegen deze bedenkingen niet bestaan. Aan het einde van het verslagjaar was dit onderzoek nog niet beëindigd. In verband met artikel 47, lid 2, der „Marktverordening 1917” werd in 23 gevallen toestemming verleend om een toegewezen standplaats gedurende ten hoogste één maand te doen innemen door een lid van het gezin of door personeel. De op den Nieuwjaarsdag, den Goeden Vrijdag, den 2den Paasch- en Pinksterdag vallende marktdagen zijn op een anderen dag gehouden. Tegen 6 personen werd proees-verbaal opgemaakt, waarvan 4 wegens overtreding van de Algemeene Politieverordening en 2 ter zake van diefstal. Het aantal vaste standplaatsen bedroeg op Maandag 410, op Vrijdag 325 en op Zaterdag 260, waarvan onderscheidenlijk 53, 45 en 40 werden ingenomen door personen, die buiten deze gemeente woonachtig zijn. VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1934 | | pagina 558