By lage 31
schouwingen.
VERSLAG betreffende het Gemeentelijk Electrisch
Bedrijf van ’s-Gravenhage over 1934.
Voor het eerst sedert den oorlog is in het afgeloopen bedrijfs- Algemeene be-
jaar de totale hoeveelheid afgeleverde electriciteit gedaald, en
wel van ca. 147 millioen tot ca. 141 millioen kWh. Wanneer men
nu bedenkt, dat mede door een veranderd arrangement der
spoorweg-onderstations de stroomlevering aan de Nederlandsche
Spoorwegen met ca. 5 millioen kWh achteruitging, blijkt, dat
de overige stroomlevering practisch nog niet verminderde.
Bij Raadsbesluit van 25 April 1934 werd, onder meer ter dek
king van de uitgaven voor de omzetbelasting, tot een tariefsver-
hooging, ingaande 1 Mei 1934, besloten; in verband met de
moeilijke tijdsomstandigheden werd deze gegoten in een voor de
verbruikers zoo min mogelijk drukkenden vorm, nl. in een ver-
hooging van de vaste maandelijksehe bedragen voor het opper-
vlaktarief, een verhooging van de vaste vergoeding voor huur-
installaties en een verhooging van de meterhuur.
De Electriciteitsfabriek werd beheerd door Burgemeester en Beheer der
Wethouders, bijgestaan door een Raadscommissie, welke van fabriek.
25 September 1933 af bestaat uit de heeren: J. J. van Langen,
L. F. Duymaer van Twist, L. F. Guit en Mevr. H. H. Blaauw,
terwijl van 8 September 1931 af de Wethouder, de heer F. N. V.
Quant, als voorzitter optreedt.
Het personeel was op 31 December 1934 aldus samengesteld: Personeel.
Ambtenaren.
Werklieden.
31
472
Directie
Centrale
Kabelnet
Installatie-afdeeling.
Openbare Verlichting
Teekenkamer
Administratie
Technisch Bureau
Huishoudelijke Dienst
176
132
75
65
1
10
490
2
49
44
34
8
18
287
14
16