34 6 constateeren, de aanwas in November en December bedroeg daarentegen 900 en 600. Einde Januari stonden ingeschreven 22180 werkloozen, einde Juni 18131, hetgeen een vermindering beteekent van 18.2 (in 1933 26,3 waaruit blijkt, dat het percentage van het aantal werkloozen, dat in het zomerseizoen opnieuw werk vindt, aanzienlijk is gedaald. Aan het einde van het jaar bedroeg het aantal ingeschrevenen 23375 (in 1932: 21180, in 1933: 21709). Het onderzoek naar den omvang van het aantal personen, dat zich voor het eerst bij de afdeelingen Bouwbedrijf, Metaal bewerking en Algemeene bedrijven der Arbeidsbeurs liet in schrijven en dus beschouwd kan worden als nieuw-uitgestooten van het bedrijfsleven, werd ook in 1934 voortgezet. In 1932 be droeg het in totaal 6287, in 1933 4154, in 1934 3531 personen (Bouwbedrijf 1932: 1942, 1933: 939, 1934: 890, Metaalbewerking 1932: 850, 1933: 662, 1934: 572, Algemeene bedrijven 1932: 3495, 1933: 2553, 1934: 2069). Voor de afdeeling Bouwbedrijf maakt dit ten opzichte van het totaal aantal aanbiedingen over 1932 uit 7,4 over 1933 3,7 over 1934 3,5 voor de afdeeling Algemeene bedrijven over 1932 23,7 over 1933 17,5 over 1934 14,6 voor de af deeling Metaalbewerking over 1932 14,5 over 1933 11,9 over 1934 10,2 Hieruit blijkt, dat in 1934, ondanks de stijging van het aantal werkloozen, het percentage der uitgestootenen, die tot de vaste krachten behooren, is gedaald. Op één uitzondering na is bij alle afdeelingen het aantal aan biedingen in den loop van 1934 gestegen, nl. bij de afdeeling Bouwbedrijf met 386 of 1,5 bij de afdeeling Houtbewerking met 128 of 7,1 bij de afdeeling Metaalbewerking met 62 of 1,1 bij de afdeeling Handels- en Kantoorpersoneel (mannen) met 120 of 2,7 (vrouwen) met 696 of 26,8 bij de afdeeling Hotel-, Café- en Restaurantbedrijf (mannen) met 230 of 3,4 de afdeeling Jeugdbemiddeling met 1118 of 27,2 en de afdee ling Vrouwelijke Beroepen met 1011 of 7 Een daling van het aantal aanbiedingen viel echter waar te nemen bij de afdeeling Hotel-, Café en Restaurantbedrijf (vrouwen), nl. van 113 of 7,4 en bij de afdeeling Algemeene bedrijven van 459 of 3,1 Hiernaast volgt een overzicht van het aantal werkzoekenden op het einde van elke maand der jaren 1933 en 1934, waaruit tevens blijkt, dat het aantal aanbiedingen van niet-werkloozen, dat voor ’s-Gravenhage steeds klein is geweest, nog iets lager werd. VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1934 | | pagina 715