35
5
VERSLAG GEM. BUREAU VOOR BEROEPSKEUZE.
BIJLAGE III.
In 1934 gegeven adviezen betreffende:
A.
B.
i
Accountant, administratie, alg. ontwikkeling, ambtenaar, analist,
apothekers-assistent. architect, archivaris, auto-mecanieien, auto-monteur.
auto-technicus, A.V.O. (Arbeid vooi’ Onvolwaardigen), bakker, banket
bakker (-kok), bankwerker, bankwerker-instrumentmaker, bankwerker-
monteur. bedrijfsleider, binnenhuiskunst, boekbinder, boekdrukker, boek
handelaar, boekhouder, boomkweeker, bouwvakarbeider, brievenbesteller,
broodbezorger, buitenland, chauffeur, chauffeur-monteur, eonstructie-
bankwerker, consul, controleur crisis-centrale, cultures N.I., deurwaarder,
drogist, eleetrieien, eleetromonteur. eleetrotechnicus, electrotechniseh op
zichter, etaleur, etaleur-lakschrijver, etui-maker, expeditie (knecht), foto
graaf. gasfitter, geneesmiddelenhandelaar, glazenwasseher, godsdienst
onderwijzer, groenteboer, handel, handelsbediende, handelscorrespondent,
handelsreiziger, hofmeester, hoornblazer, horlogemaker, houtvester N.I.,
huisknecht, huisvlijt, instrumentmaker, instrumentmaker-electrieien, jour
nalist, jurist, kantoorbediende, kapper, kellner, keurmeester (hulp-),
klassieke talen, kleermaker, kok. koloniaal, koopman, koper-lood-zinkbe-
werker, laborant, landbouwer, landmeter, leeraar (sociale aardrijkskunde,
machine-bankwerken, gymnastiek), leerbewerking, loodgieter, machine
bankwerker, machine-monteur, machinist (groote vaart, land), magazijn
bediende. magnetiseur, marconist, marine officier, masseur, matroos Kon.
marine, metaalbewerker, metaaldraaier, metselaar, meubelmaker, militair,
monteur, (motor)meeanicien, musicus, notaris, onderwijzer, pianist-organist,
politie (agent van inspecteur van marechaussee), psychotechniek,
radio-monteur. radio-technicus, radio-telegrafist, reclame-schilder, rijwiel-
(motor)hersteller, rijwielhandelaar, scheepsbouw, scheepvaart, schilder
(glas-, decoratie-), schoenmaker, secretaris (gemeente-), slager, steenhouwer,
stoffeerder, behanger), stuurman groote vaart, surnumerair belastingen,
tandtechnicus, teekenaar (bouwkundig-, bouwkundig opzichter-, machine-,
reclame-, technisch-, werktuigkundig), textielindustrie, timmerman,
tooneel, transportarbeider, tuinarchitect, tuinder (tuinbouw), tuinier, typist,
typograaf (zetter, drukker), verpleger (krankz.-), vliegenier, vliegtuig-
mecanicien (-monteur), waterbouwkundige, waterbouwkundig opzichter,
werktuigkundige, winkelbediende (boekhandel), winkelbedrijf (technisch),
wissellooper, ijker, zeeman; overgang naar voortgezet L.O.: 3-jarige U.L.O.
kopschool, 4-jarige U.L.O. kopschool, C-klasse. L.O. kopschool; overgang
naar M.O. en voorbereidend H.O.: Duitsch (studie), boekhouden M.O..
Fransch M.O.. gymnasium, handelsdagsehool. hoogere burgerschool, middel
baar technische school, staatsexamen (opleiding), alg. midd. school Indië;
overgang naar hooger onderwijs: aardrijkskunde, biologie, handelsweten-
sehappen. indologische studiën, ingenieur (civiel-, mijn-, scheikundig-,
werktuigkundig rechten (Nederlandsch-, Indisch-), medicijnen, tandheel
kunde, scheikunde, theologie, tuinbouwkunde; algemeene oriëntatie.
Analiste (klinisch-), apothekers-assistente, apothekeres, assistente in
inrichting, baker, caissière, costuumnaaister, coupeuse, danseres, dienst
meisje. filiaalhoudster, fraaie handwerken (acte), heilpaedagoge, heilgym-
Vrouweljjke personen.
Mannelijke personen.