36
8
I
662 i
5172 J
Behalve ondersteuning van de Gemeente en een particuliere
instelling van weldadigheid, genoten 79 partijen bovendien
weezenrente en 24 partijen bovendien pensioen. Met een bedrag
aan ondersteuning alleen van den Dienst genoten 138 partijen
weezenrente en 87 partijen pensioen.
Toerekende Een overzicht over de laatste 3 jaren van het aantal onder-
steunbedragen. steunde armlastigen op eenzelfden datum, geeft onderstaande
tabel.
Het gemiddeld toegekend steunbedrag per partij per week
bedroeg in 1932: f 8,84, in 1933: f 8,96 en in 1934: f 7,90.
Ten gevolge van inhoudingen werd in 1934 per partij per
week netto uitbetaald gemiddeld f 7,75.
De belangrijke vermindering van het gemiddeld steunbedrag
ten opzichte van vorige jaren is in de eerste plaats het gevolg
van de achtereenvolgende verlagingen van de steunnormen.
Bovendien echter hebben een verscherpte controle en een inten
siever beoordeeling van de factoren, welke tot vermindering
van de steunbedragen konden leiden, niet nagelaten hun invloed
op het gemiddelde steunbedrag te doen gelden.
Suppletoire In 1934 werd aan de groep „armlastigen” in 1564 gevallen
ondersteuning, suppletoire ondersteuning toegekend.
Renten inge
volge sociale
wetgeving en
pensioen.
VERSLAG VAN MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.
1932.
1933.
1934.
Wekelijksche ondersteuning.
30 Juni. 31 Dec.
30 Juni.
31 Dec.
Van f
2,-
n
n
n
r>
r>
n
4308
Totaal
5655
6031
5845
7098
30 Juni. 31 Deo.
1
36
200
327
454
650
1205
1087
694
543
616
218
67
306
396
519
701
1226
953
603
512
465
97
149
418
520
836
801
1650
794
817
600
449
64
2~
3-
4, —
5, ~
6-
8,-
29
188
308
383
550
1081
943
756
494
615
308
31
172
296
382
497
971
828
468
573
292
24
181
259
366
448
850
653
494
345
457
231
i
n 10-
12,-
14,—
10,-
12,—
14,-
18,—
18,en booger
Minder dan f 1,—
1,— tot f
w 3,
4,
5, -
6, —
8,-