36
10
Aantal aan
vragen.
den zelf of van de wettelijk aangewezen onderhoudsplichtigen
teruggevorderd. Deze terug- of invordering gaf in 103 gevallen
aanleiding de hulp van den Kantonrechter in te roepen. Er
werden 63 verzoekschriften ingevolge artikel 64, le lid sub 1°,
juncto 65 der Armenwet en 40 staten van kosten ingevolge ar
tikel 64, le lid sub 2°, juncto 69 van genoemde wet ingediend.
Twee en twintig gevallen werden ter kennis van de Politie
gebracht, wegens het onrechtmatig in ontvangst nemen van
ondersteuningsgelden.
B. Ongeorganiseerde werklooze werknemers.
Het aantal behandelde gevallen voor wekelijksche onder
steuning ten behoeve van ongeorganiseerde werkloozen bedroeg
in 1932: 23 332, in 1933: 28 456 en in 1934: 46 829, waarvan:
Het aantal verlengingen werd aanmerkelijk beïnvloed door
bij de herzieningen van de steunbedragen in verband met de
achtereenvolgende wijzigingen van de steunnormen tevens de
gelegenheid te benutten, om de steuntermijnen opnieuw vast te
stellen. Bovendien is gebroken met het systeem om in bijzondere
gevallen den steun voor onbepaalden tijd toe te kennen en
worden thans alle ondersteuningen slechts voor een bepaalden
termijn toegestaan.
De niet onbelangrijke toeneming van het aantal verlagingen
in vergelijking met vorige jaren is mede een gevolg van de
achtereenvolgende wijzigingen van de steunnormen.
Het groote aantal intrekkingen is o. m. veroorzaakt door het
overbrengen van de kooplieden en venters van de groep „onge
organiseerde werkloozen” naar de groep „armlastigen”.
De Armenraad heeft 3469 rapporten uitgebracht tegen 5047
in 1933 en 5856 in 1932.
VERSLAG VAN MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.
1933.
1934.
1932.
Totaal
23332
46829
28456
8343
1326
4952
2964
7793
3078
9676
1634
16403
6106
10120
2890
8557
948
4162
1063
5905
2697
toekenningen
verhoogingen
verlengingen
verlagingen
intrekkingen
afwijzingen