Ir
I
JJI
H
13
9
12
9
de daarop geheven opcenten.
1
3
S I
wn-
VERSLAG GEMEENTEBELASTINGEN.
VERSLAG GEMEENTEBELASTINGEN.
Bedrag.
het belastingjaar.
f
6.
Opbrengst.
0 1931/32, 1932/33 en 1933/84 volgens opgaven van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
en
Opcenten.
Hoofdsom
i) Van 1981/32
1*4 .*^.4*44 <4 wis L* 'in
en
opcenten.
f
2
1932 en 1932/38.
Middel.
f
wordt
Natuurlijke personen binnen het Rijk wonende.
25,1
12,6
3.655.121,—i
14.543.714,—
2.425.053,—
|f 34.601.774,— i
I f
f
f
Januari
Bevolking op 1
Rijk
Rijk
n
459.885
8.183.392
449.614
Zonder navorderingen of verhoogingen.
B. Belasting in hoofdsom
Dienst
jaren.
Belasting
jaren.
Belastbaar
bedrag.
Belasting
jaren.
Aantal
aange-
slagenen. 2)
I
i n
Aantal
aange
slagenen.
n
n
n
n
1932.
’s-Gravenhage
1933.
's-Gravenhage
1929/30
1930/31
1931/32
1932/33
1933/34
1929/30
1930/31
1931/32 5)
1932/33
1933/34
1929/30
1930/31
1931/32
1932/33
1933/34
f 12.012.186
12.604.483
Hoofdsom zonder navor
deringen of verhoogingen. i
16.077
16.396
16.446
15.074
15.267
Natuurlijke personen binnen het Rijk
wonende.
Bedrag der
vermogens.
2.157.312.000
2.142.896.000
1.905.521.000
1.441.777.000
1.465.558.000
9.576.834
7.701.421
134.000
131.000
116.000
96.000
96.000
Aantal aange
slagenen. 3;
31.385.0fl
35.108.Ofl
33.554.0»
31.588.0M
30.498.0»
Niet binnen
het Ryk
1929/30
1930/31
1931/32
1932/33
1933/34
Dienst
jaren.
Hoofdsom
met
inbegrip
der navor
deringen
en
verhoo
gingen.
Opbrengst te
’s-Gravenhage.
2.281.661,—
1.485.718,—
A ant'd
aanslagen.
13.869
15.114
13.443
11.027
13.758
het Leening-
fonds 1914.
50
50
50
50
50
Opbrengst
in de Gemeente
in procenten
van het Rijk
Totaal
van
hoofdsom
en
opcenten.
Aantal aange-
slagenen.
134.237
139.216
140.954
133.268
123.278
1.190
1.129
1.114
1.087
1.111
303
315
323
349
353
21.517.741,—
5.976.542,—
's-Gravenhage
in pCt. van
het Rijk
5,6 5,6
5.768.860
5.991.365
6.123.597
4.853.016
3.906.474
f 12.775.224
15.818.062
15.598.693
12.416.065
10.202.867
I 11 -i -
8=-
f 3.013.361,—
3.086.214,—
2.396.833
1.485.718
1.504.522,—
1988 en
1933/84.
266.680
260.624
282.849
175.474
107.352
f 12.530.656
13.015.080
12.054.932
n
n
f 2.195.881
2.180.817
1.934.449
1.472.040
1.558.228
2.23O.26O,™
28.890,—
3.990.953.—
9.656.381,—
Bedrag. I
f 3.090
3.058
2.970
2.814
2.655
I
Bedrag der kohieren Hoofdsom met Rijksopcenten.
1933 en 1933/34.
Bedrag der
vastgestelde
zuivere inkomens
vóór den
kinderaftrek. 2)
10,7
n
12,5
13,9
12,7
15.3
Opbrengst
in het
geheele Ryk.
Opbrengst
in het
geheele Ryk.
personen
binnen
het Rijk
wonende.
f 4.524.076
4.492.876
5.057.218
3.847.691
30 3
f 39.983
39.192
35.907
33.989
33.070
j wonende of
gevestigde
belasting-
i plichtigen.')
11.600.947'
9.119.020!
7.263.833 I
f 414.779.497
425.739.564
418.962.161
375.031.833 I
327.316.868
Hoofdsom zonder navorde
ringen of verhoogingen.
|f 2.323.882,—
23.960,—
3.894.293,—
I 11.543.132,-0
9.241.610,—
2.415.254,—
1.504.522,—
I/3O
>/31
1/32 2)
/33
1/34
nvipg van
Bi Deze - - - -
t IBk wonende natuurlijke personen.
Verdedigingsbelasting I.
en 2 voor de Provincie.
10
13
19.177.293,-
f273.531.250,- f 33.591.030,—f 270.508.270,—
■dbelasting
gebouwd
ongebouwd
■oneele belasting2)
■eentefonds
Brasten
fcogens
vestigde tolas'tTniplicKtïgen.L eXnUntième-
•lasting
Natuurlijke
personen
binnen het 1
RUk
wonende.
Gemiddeld
inkomen
per
aange
slagene. 2)
Aantal. Bedrag.
Bedrag der
vermogens.3
Niet binnen het Rjjk
wonende of gevestigde
belastingplichtigen.
7.173.847,—
38.412.000,—s).
j de Provincie.de Gemeente.
■g Bedrag.
i 2 f 42.910 I
2 42.822 i
923.859 10 „185.784
'tok«ar; in ui 004
195.262
Opbrengst te I
’s-Gravenhage. 1932 en
I 1932/33.
1) Voor de Provincie.
b 20 opcenten ten behoeve van het Leeningfonds 1914
0 20
0 - - w
5) Van 1931/82 af hebben de cijfers betrekking op het boekingstijdvak, dat afgesloten
f 2.118.728
2.103.140
1363.884
1.398.418
1.427.284
Zie noot b onder A.
f i -
705.6951 10 141.084
1.190.107] 13 I „19K«2
5
Bedrag, j a
t 20.922.635,— f
7.173.847,— I
38.412.000,—s)l
77.299.412,- I
82.909.146,- I 11.492.114,-
17.959.119,— I
9.677.798,— I
8.061.571 I
I Van 1931 af wordt s/4 van de hoofdsom aan de Gemeente uitgekeerd.
In 1932 en 1933 werd de hoofdsom aan de Gemeente uitgekeerd.
3) Dit cijfer is overgenomen uit de Statistiek der Gemeentefinanciën.
b Hoofdsom en algemeene opcenten.
De Directeur der Gemeentebelastingen,
pravenhage, 22 Januari 1936. A. J. VAN WIJK.
38.760.000, - 3)
92.407.493,-4)
68.308.465-
19.222.165,-
9.772.150,—
I) Van 1931/82 af hebben de cpfers betrekking op het boekingstjjdvak. dat afgesloten wordt 18 maanden na den
opcenten worden geheven ingevolge de Wet van 15 Juli 1929 (Stbl. n°. 388) op de aanslagen van de binnen
55 f 1.207.706
55 L 1.199.174
'55 I 1.068.947; 50
55 i„ 809.6211 50
55 857.026; 80
f 244.568
22 2) 2.802.982
3.543.761
30 3) 2.839.231
33 4) 2.501.446
i) Van 1981/32 af hebben de cijfers betrekking op het
bcekingstjjdvak, dat afgesloten wordt 18 maanden na den
aanvang van het belastingjaar.
Lpbrengst der heffing van ’sRijks Directe Belastingen te ’s-Graven-
Bhage vergeleken met die in het geheele Ryk.
Natuurlijke Niet binnen het
Rijt wonende Hoofdsom met
of gevestigd®
belasting- mbegnp der
plichtigen. navorderingen
i-en
verhoogingen. I
B. Belasting in hoofdsom en de daarop geheven opcenten.
Opcenten voor
het Gemeente
fonds. S)
f 1.077.629'
1.070.563
949.179;
719.251;
762.5891 4.563.162
4. Inkomstenbelasting.
A. Aantal aangeslagenen en bedrag der inkomens.
I 10,8
0.4 0,4
10.4 10,-
12,5
13,5
12,6
15,4
- -- _^.jrs betrekking
18 maanden na den aanvang van het belastingjaar.
5. Vermogensbelasting.
A. Aantal aangeslagenen en bedrag der vermogens.
Niet binnen het Ryk wonende of
Vermogen per i
aangeslagene.
n
1) Van 1 Mei 1928 af is de heffing der Vermogensbelasting uitgebreid tot niet binnen het Rijk wonende of gere’1®
belastingplichtigen.
t) Met inbegrip van het vermogen in vruchtgebruik.
3) 1981/32, 1932/33 en 1933/34 volgens opgaven van het Centraal Bureau voor de Statistiek