14 2 Inrichtingen. a. Zeebaden. b. Zuider- zwembad. Volkszeebad Scheveningen. De tijdens de vorige drie seizoenen getroffen maatregel om voor mannen en vrouwen, die een zonnebad willen nemen, een afzonderlijk strandgedeelte aan te wijzen, bleef gehandhaafd. De beruchte algengroei enz. in het Zuiderzwembad, welke in 1934 op bevredigende wijze was bestreden, gaf in den loop van het seizoen opnieuw ernstige reden tot zorg. Hoewel deze aan gelegenheid de volle aandacht had van het Bestuur en in het bijzonder van het bestuurslid, den Gemeentelijken geneeskun- dige-hygiënist Noordhoek Hegt, kon men wel verbetering, maar nog geen afdoende oplossing vinden. Daarvoor werd een grondig en tijdroovend laboratorium-onderzoek ook tijdens de winter maanden en wellicht ook nog het volgend zomerseizoen noodig geacht. Echter werd besloten om, in afwachting van het resultaat van dat onderzoek, alvast een electrische zuiginrichting aan te schaffen, waarmede de bodem van de bassins tijdens de exploi tatie op gezette tijden zou kunnen worden gereinigd. De in 1934 aangekochte electrische geluidsinstallatie voldeed goed en werd in den loop van het verslagjaar aangesloten aan de centrale van de Gemeentelijke Radio-Distributie. In het badhuis aan de Torenstraat werden acht cellen voor Volks- en schoolbaden. kuipbaden, welke eenige jaren buiten gebruik waren geweest, ingericht voor stortbaden. Voorts werd het aantal cellen voor stortbaden in het badhuis aan de Julianastraat (L.) op eenvou dige wijze met 6 vermeerderd: 6X2 cellen voor schoolbaden werden aldaar met schotjes en gordijnen afgescheiden en ook voor anderen dan schoolkinderen, die hiermede voor het nemen van een stortbad genoegen willen nemen, beschikbaar gesteld. Met den Directeur der Gemeentewerken kwam een regeling tot stand in zake het schoonmaken van boilers door eigen per soneel. Verder bleek het wenschelijk meer de aandacht van het publiek op de badinrichting aan de Jan-van-Gojenstraat te ves tigen. Daartoe werd tegen den muur van een huis in de nabij deze inrichting gelegen Van-Ostadestraat een reclame aange bracht, welke des avonds verlicht is. Ten behoeve van het bad huis aan de Torenstraat werd eveneens, doch op een andere manier, reclame gemaakt, namelijk door bij wijze van proef in eenige bioscooptheaters tijdens de pauze een lichtbeeld te ver- toonen. Ten slotte vereenigde de Raad zich met het door Burge meester en Wethouders overgenomen voorstel van de Stichting om de aan haar tot en met 31 December 1935 opgedragen exploi tatie van het badhuis der Woningvereeniging van Tramperso neel aan de Harstenhoekstraat wederom voor ten hoogste drie jaar te verlengen. VERSLAG VAN DE STICHTING „CENTRAAL BADBEHEER”. C.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 231