27 3 3 motorloggers en 3 motortreilers bleven het geheele jaar in de treilvaart. Na het eindigen der haringvisscherij vertrokken vóór ultimo December nog 7 motorloggers en 1 motortreiler ter treil- visscherij en 20 motorloggers ter versehe haringvisscherij. 5 Scheveningsche motorloggers en 3 motortreilers deden hun reizen uitsluitend op de Seheveningsche haven en 1 motorlogger uitsluitend op IJmuiden. De tot en met 31 Mei 1935 bestaande tijdelijke beperking van den invoer van alle versehe, gekoelde of bevroren zeevisch, met uitzondering van haring, werd bij Koninklijk Besluit van 28 Mei 1935 No. 36 onder de daarbij vastgestelde bepalingen voortgezet tot 1 Juni 1936. De kustvisscherij werd uitgeoefend door motorschokkers, Kustvisscherij. garnalenbooten en vletten, terwijl evenals in voorgaande jaren kustvaartuigen uit andere plaatsen hier hun visch aanbraehten. De beide in de haven liggende Seheveningsche zeilschokkers hebben in 1935 niet gevischt. Evenals in 1934 waren de besommingen van de motor schokkers gedurende het verslagjaar gering. In verband met de omstandigheid, dat ook voor dit jaar een Haringvisscherij. beperking van de haringvisscherij noodig was, werden door den betrokken Minister verschillende maatregelen daaromtrent ge troffen. Zoo werd o.m. bepaald, op welke data de vaartuigen mochten uitvaren, terwijl tevens het totaal aantal kantjes haring werd vastgesteld, dat elk schip mocht aanvoeren. Door deze beperking op den aanvoer is het mogelijk gebleken de haringprijzen van de teelt 1935 op een bevredigend peil te houden. 100 Seheveningsche motorloggers hebben gedurende korteren of langeren tijd aan de haringvisscherij deelgenomen. Deze vaartuigen maakten 785 reizen, waarvan 626 op deze haven, 49 op Vlaardingen en 110 op IJmuiden. In 1934 deden 106 motor loggers 795 reizen. De eerste vaartuigen uit Scheveningen vertrokken den 18den Mei ter haringvisscherij. De Gdynia-motorloggers maakten 115 reizen, waarvan 112 op deze haven, 2 op Vlaardingen en 1 op IJmuiden. Het gemiddeld aantal reizen per motorlogger bedroeg bijna 8. In totaal zijn aangevoerd door Seheveningsche vaartuigen Aangevoerde 248.032 kantjes tegen 298.319 in 1934. In deze cijfers is begrepen haring, de te Scheveningen aangevoerde versehe haring, waarvan de aanvoer omgerekend is tot kantjes. VERSLAG GEM. DIENST VAN HAVEN- EN MARKTWEZEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 469