Bijlage 32 VERSLAG van de Gemeentelijke Hypotheekbank, het Noodhypothekenfonds en het Rijkshypothekenfonds van ’s-Gravenhage over 1935. De invloed der ongunstige tijdsomstandigheden deed zich in Algemeene het jaar 1935 in toenemende mate gelden. Het aantal executies beschouwingen, steeg. Ook dit jaar moest aan eenige schuldenaren gedeeltelijke of geheele opschorting van verplichte aflossingen verleend worden. In bepaalde gevallen werd, om de schuldenaren staande te houden, tevens renteverlaging toegestaan. Sommige debi teuren waren echter door tegemoetkoming ter zake van rente en aflossing niet te helpen. Tot een algemeene verlaging van de hypotheekrente kon niet worden overgegaan, omdat de voorgenomen conversie der Gemeenteleeningen, waaruit aan de hypotheekinstellingen kapi taal was verstrekt, in verband met den economischen toestand niet kon worden doorgevoerd. Ook dit jaar betaalde de overgroote meerderheid der onge veer 1000 geldnemers de verschuldigde renten en aflossingen prompt of zelfs vóór de vervaldagen, terwijl talrijke vervroegde tusschentijdsche aflossingen ontvangen werden. De omzet verminderde weder. Met het oog op den onzekeren toestand nam de Hypotheekbank slechts in bepaalde gevallen nieuwe posten aan. Het Rijkshypothekenfonds sloot, ten gevolge van het in September 1934 door Burgemeester en Wethouders genomen besluit geen nieuwe leeningen meer. Bouwcredieten werden niet meer verstrekt. Bij de drie hypotheekinstellingen te zamen werden, onge rekend de overnemingen en de voortzettingen, 20 leeningen gesloten (v. j. 65) tot een gezamenlijk bedrag van f 348.200, (v. j. f 1.107.000,De totale omzet met inbegrip van de evenbedoelde posten dus bedroeg rond f 1.520.000,verdeeld over 83 posten (v. j. f 3.339.200,over 227 posten). Het totaal der 997 (v. j. 1017) uitstaande hypotheken beliep op 31 December rond f 23.163.400,(v. j. f 23.972.000,dat is f 808.600,minder dan het vorige jaar.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 571