34
7
conflicten.
contracten.
standaard.
IV. ARBEIDSBEMIDDELING IN DE GEMEENTE.
Van de verschillende vakbonden werd in 1935 bericht ont- 2. Arbeids-
vangen omtrent het uitbreken van 6 stakingen, nl. 1 in het
drukkerijbedrijf en 5 in het stucadoorsbedrijf.
Zes en dertig keer kwam bericht in omtrent wijziging of in- 3. Collectieve
voering van een collectieve arbeidsovereenkomst, nl. 2 voor het
aardappelen- en brandstoffenbedrjjf, 1 voor het bakkersbedrijf,
1 voor het bouwbedrijf, 1 voor het smedenbedrijf, 1 voor het
chemigrafisch bedrijf, 2 voor het glazenwasschersbedrijf, 1 voor
het kleedingbedrijf, 1 voor den houthandel, 1 voor het lithogra
fisch bedrijf, 1 voor het loodgietersbedrijf, 1 voor het machinale
houtbewerkingsbedrijf, 1 voor het meubileeringsbedrijf, 1 voor
het schildersbedrijf, 1 voor het steen- en houtgranietbedrijf,
1 voor het steenhouwersbedrijf, 1 voor het stucadoorsbedrijf,
1 voor het transportbedrijf, 1 voor het vloerenbedrijf, 14 voor
kantoor- en winkelpersoneel, 1 voor de huistelefoonindustrie en
1 voor het bakkerij-werktuigenbedrijf.
Ten aanzien van den loonstandaard is, evenals in vorige 4. Loon-
jaren, niet veel meer mede te deelen dan dat deze steeds meer
omlaag wordt gebracht en in onderdeelen zelfs geheel ontbreekt.
In vrijwel alle takken van bedrijf en handel vertoonen de loonen
een dalende lijn; daarnaast blijft de vervanging van behoorlijk
gesalarieerde krachten door goedkoopere staan, welke steeds
grootere afmetingen aanneemt, te meer nu allerwege aandacht
voor de jeugd en haar tegenwoordige werkloosheid wordt ge
vraagd. Het ongewild gevolg van dit laatste is, dat de groep
werkers tusschen 25 en 50 jaar, waarachter veelal gezinnen
staan, op noodlottige wijze de dupe wordt.
In hoofdstuk III werd er reeds op gewezen, dat uit de daling 1. Algemeen
van het cijfer der aanbiedingen geen verbetering van de arbeids- overzicht
markt kan worden geconcludeerd. Dat deze verbetering is uit
gebleven, wordt mede geïllustreerd door de cijfers der arbeids
bemiddeling. Het aantal der aanvragen van werkgevers ver
minderde wat de mannen betreft met 784; het aantal plaatsingen
liep terug met 948. Hiertegenover staat een groei in de aan
vragen van vrouwen. Deze is in hoofdzaak toe te schrijven aan
de omstandigheid, dat steeds meer huispersoneel via de Arbeids
beurs wordt betrokken, al heeft zij in onderdeelen, bijv, ge
schoolde dienstboden en keukenmeisjes, nog een voortdurend
tekort. Het stijgend gebruik maken van deze instelling komt
ook tot uitdrukking in het hoogere plaatsingscijfer voor de
vrouwen; dit steeg nl. met 502 van 9694 in 1934 tot 10196 in 1935,
VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS.