60
Emigratie.
Winkelsluiting.
HOOFDSTUK XIII.
MAATSCHAPPELIJKE STEUN EN VOORZORG.
Haagseh Crisis
Comité.
Het Haagseh Crisis Comité ontving in het boekjaar 1934/35
f 179.801,01; in dit bedrag zijn niet begrepen de subsidiën van
het Rijk en de Gemeente. Het Comité organiseerde gedurende
het boekjaar behalve de wekelijksche huizencollecte eenige
groote huizen- en straatcollecten, welke in totaal f 103.222,39
opleverden. Aan giften van particulieren en instellingen werd
f 28.044,75 ontvangen; aan groote giften, opbrengst van uitvoe
ringen, politie-ruiterfeest enz. ontving het Comité f 17.568,08.
Het Sub-Comité A (algemeene crisishulp) gaf f 192.550,64 uit.
7 689 steunaanvragen werden ingewilligd, waarvoor in totaal
werd uitgekeerd f 115.798,62 (w. o. f 68.485,04 aan giften in na
tural. De Crediet-commissie (een zelfstandig onderdeel van Sub-
Comité A), welke te beslissen heeft over het al dan niet verlee-
nen van credieten tot en met een bedrag van f 500,in gevallen,
waar door de crisis tijdelijke moeilijkheden zijn ontstaan, behan
delde 3 233 aanvragen, waarvan er 137 tot een bedrag van
f 28.345,in aanmerking kwamen voor credietverleening via de
Gemeentebank van Leening, 62 tot een bedrag van f 7.945,38 via
den Penningmeester en 41 tot een bedrag van f 13.925,via de
Nederlandsehe Middenstandsbank. In totaal werd in het ver
en f 750,voor een vakcursus in huishoudelijk onderwijs voor
werklooze meisjes beschikbaar gesteld.
Het aantal deelnemers der Gemeentelijke Vakcursussen
bedroeg in 1935 ongeveer 750. Nadere gegevens omtrent de
Gemeentelijke Vakcursussen zijn vermeld in het verslag betref
fende de Werkloosheidsverzekering (bijlage 40).
Van het door den Gemeenteraad in zijn vergadering van
15 Februari 1924 ten behoeve van emigratie beschikbaar gestelde
bedrag van f 60.000,werd in 1935 f 3.144,45 besteed voor 22
personen (w. o. 6 kinderen), die naar Oost-Indië, Britsch-Indië,
Palestina, Zuid-Afrika en Hongarije emigreerden.
Bovendien emigreerden naar Zuid-Afrika 31 bouwvakar
beiders, die zelf over voldoende middelen beschikten voor de
reis en voor wie de Gemeente de verplichte borgstelling ten
behoeve van de NederlandschZuid-Afrikaansche Vereeniging
overnam.
De Raad stelde, met intrekking van het desbetreffend besluit
van 3 December 1934, op 25 Februari de „Winkelsluitingsveror-
dening 1935” vast.