2
Gebouwen en
materialen.
Personeel.
wordt herdacht, inmiddels den dienst met pensioen verliet, werd
volstaan met het te dezen, althans voorloopig, met een dokter
minder te stellen.
Eindelijk is er dan nog de vervulling in de vakature van den
administrateur P. Scholte, die eveneens den dienst met pensioen
verliet, zooals bereids in het vorig verslag gereleveerd werd. De
voorziening hierin werd getroffen door de benoeming van den
bureauchef E. Hofmeijer, die thans in zijn nieuwe funktie tot
den Algemeenen dienst behoort.
Behalve deze wijzigingen met betrekking tot het personeel
verdienen als bijzonderheden van algemeenen aard nog vermei
ding enkele opdrachten, die het onderzoek naar den voedings-
toestand der bevolking betreffen. Dit onderzoek vond en vindt
langs twee wegen plaats. In de eerste plaats is er de weging en
meting van een groot aantal schoolkinderen, waaraan in het
afgeloopen jaar niet minder dan 18000 kinderen zijn onder
worpen. De gegevens hiervan worden thans in overleg met de
Rijksinspektie uitgewerkt, waarna het de bedoeling is dit onder
zoek te herhalen. De andere weg bestond in een medisch onder
zoek van een honderdtal ondersteunde gezinnen, als onderdeel
van het werk, dat te dien aanzien door het Statistisch Bureau
der Gemeente wordt verricht. Over dit onderzoek heeft dit
Bureau uitvoerig gerapporteerd, waaraan toegevoegd kan wor
den, dat het ook bereids herhaald werd, zoodat nadere gegevens
daaromtrent tegemoet kunnen worden gezien.
Terwijl voor de overige wetenswaardigheden naar het verslag
over de onderdeden mag worden verwezen, zij hier nog een be
langrijke bespreking gememoreerd, die op voorstel van den
Dienst werd gehouden. Deze betrof de vraag, welk standpunt ten
opzichte van de isolatie van roodvonkpatiënten dient te worden
ingenomen. De onder leiding van den Hoofdinspekteur der
Volksgezondheid Dr. Eijkel hiertoe belegde bijeenkomst wees uit,
dat de aanwezigen, waartoe behalve de desbetreffende inspek-
teurs, de direkteuren en hygiënisten van de groote Gemeentelijke
diensten behoorden, vrijwel unaniem als hun oordeel te kennen
gaven, dat van ziekenhuisopneming geen aantoonbaren invloed
op het verloop van het endemisch optreden der ziekte is te ver
wachten, zoodat een individualiseerend te werk gaan is aange
wezen. Dat dit van grooten invloed op de uitgaven voor barak-
verpleging is geweest behoeft geen nader betoog.
Omtrent gebouwen en materialen zijn geen bijzonderheden te
vermelden.
Bij den overgang des jaars waren, behalve de direkteur, de
administrateur en de chef van dienst, die den Algemeenen
38 VERSLAG VAN DEN GEM. GENEESKUNDIGEN EN GEZONDHEIDSDIENST.
