44 2 Curatoren der Openbare Gymnasia, J. JE. A. LISMAN, Voorzitter. L. P. J. MICHIELSEN, Secretaris. trouwen gewonnen heeft. Was dit reeds in den loop zijner carrière in toenemende mate gebleken, niet het minst kwam het tot uiting in het oprecht leedwezen, waarmee zoowel leeraren als leerlingen en hunne ouders moesten vernemen, dat Dr. Cannegieter als hun rector wenschte af te treden. Wij curatoren, die hem in zijn langdurige functie ook van meer nabij hebben gadegeslagen en weten hoe aan deze betrekking in den loop der jaren steeds méér en omvangrijker eischen worden gesteld, ook wij betreuren Dr. Cannegieter’s heengaan. Wij bewaren de herinnering aan een altijd aangename samenwerking met iemand, in wiens aantrekkelijke persoonlijkheid tal van waarde volle hoedanigheden vereenigd zijn, die hem terecht met veler harten in duurzame genegenheid hebben verbonden. Naar het oordeel van de betrokken rectoren kan aangaande de beide gymnasia het volgende worden opgemerkt. Over gedrag en vlijt van de leerlingen van het eerste gym nasium viel betrekkelijk niet ongunstig te oordeelen. Daaren tegen lieten bij tamelijk veel leerlingen de vorderingen nogal te wenschen over, met name bij hen, wier krachten voor het volgen van gymnasiaal onderwijs positief tekortschieten. Aan het tweede gymnasium moest wederom als een belang rijke oorzaak van de vele afwijzingen aan het einde van den cursus het feit worden geconstateerd, dat talrijke leerlingen niet dadelijk in het begin van den cursus geregeld werken. Door dit gebrek aan vlijt ontstaat een leemte, die vaak niet gemakkelijk wordt hersteld. De vorderingen van vele leerlingen zijn onbe vredigend, vooral van hen, die zich moeilijk bij het nieuwe onderwijs kunnen aanpassen. Het gedrag op school was, be houdens weinige uitzonderingen, goed. VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 837