44 9d VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS. 13 Maart 1935. Dat bij dit onderwijs tevens mededeelingen worden gedaan over de wijze van adresseeren van brieven, spreekt vanzelf. De gehouden proef wijst trou wens de noodzakelijkheid hiervan uit. Wat moet nu de conclusie zijn van de gehouden proefneming? O. i. deze: 1. men moet nog meer aandacht aan het onderwijs in Ned. taal geven en hierbij zeer streng zijn, terwijl alle leeraren, in welk vak ook, aan het werk, dat in het Nederlandsch gesteld wordt, aandacht moeten wijden. Dit is al dikwijls gezegd, maar kan niet genoeg herhaald worden. De leeraren zijn van het belang van deze zaak nog niet voldoende doordrongen; 2. het onderwijs in handelscorrespondentie moet zich bepalen tot de eenvoudige brieven, waarvoor leerlingen, als wij op onze cursussen hebben, in de dagelijksche practijk geplaatst worden. Zjj moeten leeren hun gedachten in behoorlijken vorm in een brief neer te leggen. Als zij zulke brieven goed kunnen schrijven, zullen zij het stellen van lastiger brieven, waarvoor er aanvankelijk slechts zeer weinigen te staan komen, later vanzelf leeren. (w. g.) VAN DOORN. VAN DER MAESEN. MORREN. R. WINKEL. 9. ik ben onderwezen in boekhouden. 10. ik volgt. 11. cureussen; een eventuel onderhoud; der curcus. 12. de bij U vacantie betrekking; ik ben werkzaam als typiste en facturiste en verdere werkzaamheden (heeft diploma H.B.S. 3-j. c.). 13. curcus; U kunt over mij informeeren; ik moet examen doen over de vakken....; van boekhouden heb ik een diploma. 14. ik solliciteer op de betrekking. 15. mijn kennis van boekhouden is goed, daar ik volgend jaar examen in dit vak hoopt te doen. Wat de talen betreft heb ik in de drie hoofdtalen gestudeerd. 16. hopende dat mijn sollicitatie resultaten opleverd; cureussen. 17. jonste; in zit (i. p. v. ik zit); laaste. 18. ik kom gaarne voor deze post in aanmerking. 19. particuliere referenties van kennissen wil ik gaarne voor U laten defileren. Deze staaltjes uit 19 van de 106 werkstukken (het aantal zou te vermeer deren geweest zjjn) wijzen er wel op, dat aan ons onderwijs in Nederlandsche taal iets ontbreekt. Het geldt hier toch leerlingen, die allen de lagere school (soms ulo- of muloschool of h.b.s.) hebben doorloopen en daarna nog ongeveer vier jaren vervolgonderwijs op de Gem. handelscursussen in Ned. taal hebben gehad.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 848