47 10 compositie van haar man, den schilder Theo van Doesburg; Mej. Neurdenburg drie schilderijen van haar vader, den leermeester van Breitner; Mevr. Witteveen-Sahne een schilderij van den Oostenrijkschen schilder Mulley, voorstellende Kufstein; Mevr. Leembruggen een schilderij van Frans Hogerwaard en een tee- kening van Piet van der Hem; W. B. Smit een bloemstuk van den Russischen schilder Ilia Machkoff, een bloemstuk, dat o.a. heeft gehangen op de eerste tentoonstelling van Moderne Kunst te Amsterdam in 1912; uit de nalatenschap van de weduwe van Paul Rink werden tien schilderijen van dezen kunstenaar ont vangen; van Dr. F. N. Sassen een damesportret door Willem de Zwart; van Mevr. Cohen TervaertIsraëls twee Seheveningsche meisjes van Isaac Israëls en van Mevr. Stokvis—Farbstein een marmeren buste van Toon Dupuis: Jeanne d’Arc. Een viertal geschenken moge echter in het bijzonder met grooten dank ver meld worden. De Vereeniging van Moderne Kunst schonk als laatste geschenken, voordat deze Vereeniging omgezet werd in de Vereeniging van Haagsche Museumvrienden, een zeer be langrijk schilderij van Charley Toorop, de Appelboom, waar door nu ook deze kunstenares, behalve door een klein zelfpor tret en enkele vroegere werken uit het bruikleen Boendermaker op waardige wijze in het Museum vertegenwoordigd is, alsmede een penteekening met sepia van Matthijs Maris, de Doop. Mej. Alma stond aan het Museum af den pleisterkop, het unieke af gietsel van het portret van de schenkster door den Duitschen beeldhouwer Kolbe en vond goed, dat wij, in overleg met den beeldhouwer zelf, hiervan een afgietsel in brons lieten maken. Een woord van dank past hierbij niet alleen aan de milde schenkster, maar ook aan den beeldhouwer voor zjjn bereid willigheid. Een ander geschenk van groote beteekenis was het heiwerk van Breitner, dat door den heer en Mevr. Dr. Ir. G. F. L. Philips door bemiddeling van de Vereeniging van Haagsche Museum vrienden geschonken werd. Aangekocht werden een groote decoratieve teekening van Thorn Prikker, de Rust op de vlucht naar Egypte. Tegelijker tijd werd van denzelfden kunstenaar een groot raam in ge brandschilderd glas verworven en twee mozaïeken, waardoor deze belangrijke meester nu in zijn verschillende uitingsvormen vertegenwoordigd is. Van Joep Nicolas kon het raam geplaatst worden, dat reeds vroeger verworven was (eerste ontwerp voor het bovengedeelte van het Grotiusraam in de Nieuwe Kerk te Delft). De kunstenaar leverde daarbij een omlijsting, rijk gefi gureerd, in zijn speciale vermurail-techniek. Een groot meer- VERSLAG DIENST VOOR KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 913