Bjjlage 50 der Commissie. VERSLAG van de Schoonheidscommissie voor de gemeente 's-Gravenhage over 1935. aanvragen en adviezen. Ultimo April 1935 traden, ingevolge artikel 6 der instructie, Samenstelling drie leden der Oommissie af. Volgens het opgemaakte rooster waren aan de beurt van aftreding de heeren W. F. Gouwe, H. v. d. Kloot Meijburg én G. Westerhout. In verband met de bezuiniging en het verminderde aantal adviezen, ingevolge het desbetreffende Raadsbesluit d.d. 10 Juli 1933, werden de vacante plaatsen niet aangevuld. Het aantal afdeelingen der Schoonheidscommissie is dientengevolge ook verminderd en van drie op twee gebracht. De jaarlijksche omwisseling der leden in de afdeelingen had tot resultaat, dat deze als volgt zijn samengesteld: Afdeeling A: de heeren Ir. A. H. van Rood, Voorzitter, Ir. D. Roosenburg en B. C. v. d. Steenhoven; Afdeeling B: de heeren Mr. J. F. van Royen, Voorzitter, Ir. H. Hoekstra en A. J. Kropholler. Gedurende 1935 werden door de Commissie 52 vergaderingen Vergaderingen, gehouden; behandeld werden 175 officieel ingediende aanvragen en bovendien zijn 3 stuks, welke als voorloopige plannen zijn ingediend, alleen officieus behandeld. Het aantal beoordeelingen ter keuring van de 178 bouwaan- vragen door de 3 afdeelingen der Commissie bedraagt 259; het resultaat van deze keuring was, dat 122 stuks van de ingediende plannen ongewijzigd aanvaardbaar werden geacht, 41 stuks eerst na éénmalige of herhaalde wijziging en dat 11 stuks wer den af gekeurd. Evenals vorige jaren kon een groot deel van de plannen zonder wijzigingen niet worden doorgelaten en werd verschei- denen aanvragers aangeraden het ontwerpen aan een meer be voegde kracht op te dragen zonder dat, evenmin als in vorige jaren, hiervoor namen werden genoemd. Van de 175 officieel ingekomen plannen, waarvan 2 stuks resteerden van 1934, werden 3 stuks ingetrokken en was 1 plan ultimo December nog in behandeling, zoodat het aantal aan Burgemeester en Wethouders verstrekte adviezen 171 bedraagt.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1935 | | pagina 951