By lage 9 VERSLAG van den Directeur der Gemeentebelastingen over het jaar 1936. Dit verslag bevat weder evenals vorige jaren een overzicht van de inkomstenbelasting over drie jaren. Uit dit overzicht blijkt, dat het belastbaar inkomen opnieuw is gedaald, zoodat de crisis ook in dit verslagjaar haar nadeeligen invloed nog heeft doen gelden. Dat de opbrengst niettemin belangrijk is gestegen, is een gevolg van de heffing van 50 opcenten meer op de hoofdsom der belasting. De crisis heeft ook verder doorgewerkt op andere heffingen, waarvan de opbrengst dientengevolge in dit verslagjaar weder om in meer of mindere mate is teruggeloopen. De daling van het inkomen veroorzaakte met name een teruggang in de opbrengst der schoolgelden. Daarentegen vertoonen de opbrengst van de hondenbelasting en de vermakelijkhedenbelasting een vooruitgang, hoewel deze middelen evenzeer verband houden met het inkomen. Ook de opbrengst van de straatbelasting is weer eenigszins gestegen; deze stijging is bijna geheel het gevolg van nieuw bouw. Ten slotte zij nog opgemerkt, dat de opbrengst van de op centen, welke ten bate der Gemeente worden geheven op de dividend- en tantièmebelasting, andermaal een kleinen terug gang vertoont. De opbrengst van dit middel is dit jaar het laagst sedert de invoering. Wat de met ingang van 1 Mei 1931 vervallen plaatselijke directe belasting naar het inkomen betreft, wordt in dit verslag volstaan met het vermelden van enkele cijfers in het algemeen overzicht. (Zie staat III.)

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1936 | | pagina 111