9 7 D. Uit staat V blijkt verder, dat ruim 8.262.700 toegangsbewijzen werden afgegeven, dat is gemiddeld 17 toegangsbewijzen per jaar per inwoner. Hiervan waren 5.551.600 door de Gemeente verstrekt en 2.711.100 eigen toegangsbewijzen, die door de gemeentelijke administratie waren gewaarmerkt. Vergeleken met de statistiek over 1935 blijkt uit dezen staat, dat in 1936 1.458.600 toegangsbewijzen méér werden afgegeven. Deze vermeerdering betrof uitsluitend de toegangsbewijzen tot en met f 0,50. De afgegeven toegangsbewijzen boven f 0,50 toonden voor alle prijzen een achteruitgang. Straatbelasting en rechten op ingebruikneming Gemeente grond of -water. (Zie staten VII en VIII.) Staat VII is een vergelijkend overzicht van het aantal aan geslagen pereeelen, de opbrengst der kohieren en de zuivere opbrengst na aftrek van ontheffing na reclame en de oninbare posten, over de jaren 1927 tot en met 1936. De opbrengst van de straatbelasting vertoont opnieuw een stijgende lijn. Deze belasting wordt thans gedurende een tijdvak C. Hondenbelasting. (Zie staat VI.) In staat VI komen voor: het aantal houders van honden, ingedeeld naar hun inkomen, het aantal luxe-, bedrijfs- en waak honden en de opbrengst der belasting over de jaren 1928 tot en met 1936. De opbrengst van de hondenbelasting is, niettegenstaande de ongunstige conjunctuur en de daaruit voortvloeiende daling van het inkomen, gestegen. De oorzaak hiervan is gelegen in de toeneming van het aantal honden. Het totaal aantal honden, waarvoor aanslagen werden opge legd, was in 1934 19.781, in 1935 20.624 en in 1936 21.708. De bruto opbrengst der kohieren bedroeg in 1934 rond f 122.800,—, in 1935 f 124.300,— en in 1936 f 125.500,—. De zuivere opbrengst dezer belasting bedroeg over 1934 f 107.707,10, over 1935 f 107.295,08 en over 1936 f 114.584,63. Dit laatste cijfer zal echter nog gewijzigd worden ten gevolge van nog te verleenen ontheffingen op reclames en wegens onin bare posten. Voorts geeft dit overzicht aan het aantal honden, dat niet was aangegeven door de houders, welke honden door de ambte naren en de politie zonder penning werden geconstateerd, terwijl tevens is vermeld het aantal honden, dat werd opgevangen en het aantal, dat in het asyl werd afgemaakt. VERSLAG GEMEENTEBELASTINGEN.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1936 | | pagina 117