11 17 In den zeer vroegen ochtend van 30 Juli werden in een bedrijf aangetroffen een tank van 1200 liter melk met een vetgehalte van 2,90 en 18 bussen a 40 liter voor verzending gereed staande met een vetgehalte van 3,0 De melk, welke dit bedrijf dien dag van de boeren ontving, bezat een gemiddeld vetgehalte van 3,34 Aan de voor aflevering gereed gemaakte melk was derhalve omstreeks 19 liter room van 40 onttrokken. Bij een bedrijf werd op 11 September een tank met omstreeks 3800 liter melk met een vetgehalte van 2,85 en een tank met 4000 liter met 3,05 vet aangetroffen, vóórdat het bedrijf werd aangevangen. Toen monsters van deze melk werden genomen, werd verklaard, dat er aan de melk eerst nog room moest worden toegevoegd om haar voor aflevering geschikt te maken! De melk op dien dag door dit bedrijf van zijn veehouders betrokken bezat een gemiddeld vetgehalte van 3,24 Daaruit volgt, dat aan de melk van den vorigen dag, in de tanks aanwezig, een hoeveelheid vet onttrokken was, aanwezig in 56 liter slagroom van 40 vetgehalte. Op 28 October was in dit bedrijf voor aflevering voorradig 3600 liter melk van 3,09 terwijl de op dien dag aangevoerde melk, van dezelfde koeien gewonnen, een gemiddeld vetgehalte van 3,61 bevatte. De hoeveelheid vet, welke op dezen dag aan de melk onttrokken was, was dus bijna driemaal zoo groot als op 11 September. Op 23 September werd ’s ochtends vroeg in een groot gros- siersbedrijf in tanks 9500 liter, in bussen ruim 1800 liter voor aflevering gereed staande melk aangetroffen. Het vetgehalte ervan bedroeg 3,15 terwijl de ochtendmelk, dien dag ontvan gen in het bijzijn van de keurmeesters, gemiddeld 3,35 de avondmelk gemiddeld 3,52 vet bevatte. De door de veehouders geleverde melk bevatte derhalve om streeks 28 kg melkvet meer dan de melk, welke het bedrijf af leverde. Dus doende zou dit bedrijf uit den room, aan de con- sumptiemelk frauduleus onttrokken, per jaar omstreeks 12000 kg boter kunnen bereiden. Bij een groot coöperatief bedrijf, met een dagelijkschen omzet aan consumptiemelk van meer dan 7000 1 was op den morgen van 4 November 6000 1 voor aflevering gereedstaande melk in twee tanks aanwezig met een vetgehalte van 3,10 terwijl een tank, welks inhoud niet werd afgeleverd, melk met 3,45 vet bevatte. De onder toezicht der keurmeesters dien dag aan dit bedrijf afgeleverde melk bevatte 3,56 vet. Uit deze enkele voorbeelden blijkt wel duidelijk, dat jaarlijks zeer belangrijke hoeveelheden vet aan de melk te ’s-Gravenhage worden onttrokken, tot nadeel van de consumenten en tot last VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1936 | | pagina 149