25 financieele Raadsbe sluiten. Behalve de voorstellen tot de reeds vermelde besluiten Verschillende behandelde de Raad o. m. nog de volgende financieele onder werpen (de daarop betrekking hebbende voorstellen werden aangenomen) de begrooting voor 1936 (voortgezette behandeling; de vast stelling vond plaats op 7 Januari); aangaan van een of meer kasgeldleeningen ter voorziening in de behoefte aan kasgeld gedurende het 2e, 3e en 4e kwartaal 1936 en het le kwartaal 1937 (24 Februari, 25 Mei, 24 Augustus en 19 November); wijziging van de Verordening, regelende de inning van ont vangsten door anderen dan den Gemeenteontvanger (6 Januari en 30 Maart) beroepschrift in verband met de uitvoering der Wet rege lende de Financieele Verhouding tusschen Rijk en Gemeenten <25 Mei); uitgifte van anticipatiebiljetten (19 October); wijziging van de Algemeene Verordening op het beheer van bedrijven (7 September, 25 November); achterwege blijven in 1937 van de stortingen in het Reserve fonds, bedoeld in de artikelen 41, 2e lid, en 42, 2e lid, van de Algemeene Verordening op het beheer van bedrijven (25 No vember) de begroetingen voor 1937 (20 November tot en met 2 Decem ber); voorloopige vaststelling van de Gemeenterekening rekeningen van de bedrijven over 1935 (21 December). In Grootboek A der ’s-Gravenhaagsche Gemeenteschuld Grootboeken, bestemd voor inschrijving van bepaalde aan de Gemeente ge leende kapitalen was op 31 December door 63 particulieren en 23 instellingen tot een nominaal bedrag van f 3.091.000, ingeschreven. In Grootboek B bestemd voor inschrijving van bepaalde reeds in omloop zijnde obligatiën, na inlevering daarvan stonden op 31 December ten name van 190 particulieren en 30 instellingen 5 003 obligatiën ingeschreven, vertegenwoordigende een nominaal kapitaal van f 4.924.500,d. i. 3,35 van de in obligatiën uitgegeven Gemeenteschuld op dien datum. Voor de Grootboeken wordt verder verwezen naar bijlage 8. In het belastingjaar 1935/36 bedroeg het aantal aange- Belastingen, slagenen in de Gemeentefondsbelasting 134 429. De opbrengst (65 Gemeenteopcenten inbegrepen) bedroeg f 11.733.343,Bij deze cijfers is geen rekening gehouden met ontheffingen en afschrijvingen. Bijlage 10 geeft een overzicht van de Gemeentefondsbelasting (met opcenten) voor de belastingjaren 1931/32 t./m. 1936/37, ge en de

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1936 | | pagina 29