18
14
Bezuiniging.
Badinrichting.
teerde misstanden een einde te maken. Toen werd aangedrongen
op stipte betaling en geleidelijke afbetaling der schuld, op
naleving van het reglement, nette bewoning enz. vertrokken
vele gezinnen, die nu werkverschaffing en „nazorg” waren
losgemaakt van het woningbeheer er geen voordeel meer in
zagen in de inrichting te blijven. Van 24 Augustus tot 31 Decem
ber vertrokken 19 gezinnen en werden slechts 5 opgenomen.
Vele der vertrokken gezinnen hadden zeer geruimen tijd in de
contrólewoningen gewoond; gereclasseerd waren zij echter niet.
Het aantal leegstaande woningen is dus vooral in de tweede
helft van 1936 belangrijk toegenomen (op 31 December 1936 tot
53 van de 106 woningen) en dit proces heeft ook nadien voort
gang gevonden. Nu de woningmarkt zeer ruim is en er geen
voordeelen meer zijn verbonden aan een verblijf in de inrichting,
ligt het voor de hand, dat voorloopig moet worden gerekend op
een zeer belangrijk percentage aan leegstaande woningen.
Het is duidelijk, dat onder deze omstandigheden op het be
heer moest worden bezuinigd. In de directeursvacature is niet
voorzien; de inspectrice, tot dusverre alleen werkzaam in de
contrólewoningen, werd in hoofdzaak met ander werk belast. In
overweging is een bezuiniging op het kostbare portiersstelsel.
Bij het Bestuur is in overweging in hoeverre de inrichting
in haar tegenwoordigen exploitatievorm moet behouden blijven.
Eenerzijds dient daarbij te worden gestreefd naar vermindering
der exploitatie-uitgaven, anderzijds dient evenwel in het oog te
worden gehouden, dat er steeds gezinnen zullen blijven, voor
welke een inrichting als deze nuttig en noodig is, terwijl het
waarschijnlijk is, dat bij een wijziging van de toestanden op de
woningmarkt een belangrijk grootere aandrang van gegadigden
komt dan thans.
Van de badinrichting werd ook dit jaar een druk en toe
nemend gebruik gemaakt. Door de bewoners der contróle
woningen kan kosteloos van deze inrichting gebruik worden
gemaakt, door anderen tegen betaling. Steeds meer blijkt, dat
de badinrichting voor de bewoners der omliggende wijken in
een bepaalde behoefte voorziet.
Het totaal aantal baden bedroeg in:
De betaalde baden zijn te verdeden in:
STICHTING CENTRAAL WONINGBEHEER.
1935
1936
1935
1936
1935 34482, waarvan 26490 betaald en 7992 kosteloos.
1936 36281, 29282 6999
9037 vrouwenbaden, waarvan 210 kuip- en 8827 stortbaden.
10209 174 10035
17453 mannenbaden, 308 17145
19073 346 18727