30
5
ting en Open
bare Dienst
De Directeur,
G. J. T. BAKKER.
Op 31 December 1936 waren ten behoeve van de straatver- Straatverlich-
lichting in gebruik:
18.033 gloeilampen aan masten, overspanningen, lichtbakken,
muurarmen enz.;
2.370 stuks gloeilampen in verkeerspijlen, zuilen, alarmcellen,
telefooncellen, reclamebakken enz.
De concentratie der bediening van de Openbare Verlichting
op de politie-alarmeellen kwam in 1936 gereed, waarbij het
aantal alarmcellen, dat voor dit doel gebruikt wordt, van 30 op
25 kon worden teruggebracht. Het aantal lampen, dat van deze
alarmcellen uit in- en uitgesehakeld wordt, bedroeg op 31 De
cember 1936 13.830.
Het in- en uitschakelen van de overige lampen geschiedt
als volgt:
door middel van 37 groepen-schakelklokken 1.680 lampen,
afzonderlijke schakelklokjes
in eiken lantaarnpaal 4.893
De bediening der openbare verlichting geschiedt thans geheel
automatisch.
Het aantal gaslantaarns bedroeg in 1936 42 stuks.
Het aantal lichtpunten vermeerderde met 136 stuks; op
31 December bedroeg het totale aantal 16.914 stuks.
Het aantal branduren van de nachtlampen bedroeg 4.034,
dat van de avondlampen 1.921.
Bij de Openbare Verlichting waren voorts in onderhoud:
Van verscheidene hoofdverkeerswegen werd de verlichting
verbeterd door het vervangen van de gewone gloeilampver-
lichting door een verlichting met kwikdamplampen van 300,
400, 900 en 1.800 decalumen, alsmede door het vervangen van
de kleine lichtpalen door een kleiner aantal lichtmasten met
grootere lichtpunthoogte en lampen van grootere lichtsterkte.
Hierbij werd met succes een gemengde verlichting toegepast,
hierin bestaande, dat iedere lichtmast voorzien is van 1 kwik-
damplamp van 300 decalumen en een normale gloeilamp van
300 decalumen. Gedurende den nacht branden dan alleen de
kwikdamplampen.
VERSLAG VAN HET GEM. ELECTRISCH BEDRIJF.
10 vol-automatisehe seinapparaten op meter,
1 Essco Seinapparaat
8 stoplichten Laakbrug
12 aan verschillende
bruggen
2 Strandweg