By lage 31
VERSLAG van de Gemeentelijke Hypotheekbank, het
Noodhypothekenfonds en het Rijkshypothekenfonds
van ’s-Gravenhage over 1936.
Ofschoon het aantal executies belangrijk minder was dan in Algemeene
1935, deed zich de invloed der ongunstige tijdsomstandigheden beschouwingen,
ook in het jaar 1936 in ruime mate gelden. In verscheidene ge
vallen moest, ter voorkoming van executie, geheele of gedeelte
lijke opschorting van verplichte aflossingen en/of renteverlaging
worden toegestaan. Overigens was de betaling van de verschul
digde renten en aflossingen ook dit jaar bevredigend te noemen.
De overgroote meerderheid der geldnemers betaalde prompt op
tijd. Zeer vele geldnemers betaalden het verschuldigde steeds
vóór den vervaldag. Ook in 1936 werd evenals in vorige
jaren een belangrijk bedrag aan vervroegde aflossingen ont
vangen.
Aangezien de conversie der Gemeenteleeningen, waaruit aan
de hypotheekinstellingen kapitaal is verstrekt, niet voldoenden
voortgang had, kon ook in 1936 nog niet tot een algemeene ver
laging der hypotheekrente worden overgegaan.
Met het oog op den onzekeren toestand werden door de
Gemeentelijke Hypotheekbank ook in 1936 slechts weinig nieuwe
posten aangenomen. Aan slechts vijf geldnemers werden nieuwe
hypotheken verstrekt tot een totaal bedrag van f 18.200,(v. j.
20 leeningen, tot een bedrag van f 348.200,Uit het Rijks
hypothekenfonds werden, ingevolge het in September 1934 door
Burgemeester en Wethouders genomen besluit, geen nieuwe
leeningen meer verstrekt. Bouwcredieten werden eveneens niet
meer verstrekt.
De totale omzet nieuwe hypotheken, overnemingen en
voortzettingen bedroeg rond f 3.199.600,verdeeld over 107
posten (v. j. f 1.520.000,over 83 posten). De aflossingen be
droegen in totaal f 1.060.400,(v. j. f 1.543.200,—). Het totaal der
989 (v. j. 997) uitstaande hypotheken beliep op 31 December rond
f 22.413.000,— (v. j. f 23.163.400,—), dit is f 750.400,— minder dan
het vorige jaar.
Het aantal der onder controle der Hypotheekbank gevoerde
exploitaties nam in 1936 nog toe. De uitkomsten dezer exploita
ties waren ook in 1936 minder gunstig. De voornaamste oorzaken
hiervan waren: huurverlagingen, huurderving door leegstaan en
hooge onderhoudskosten door toenemende eischen der huurders.
In de laatste maanden valt wel eenige verbetering te bespeuren.
In het geheel werden 13 posten geliquideerd (v. j. 21), nl.
7 bij de Hypotheekbank en 6 bij het Rijkshypothekenfonds. In
6 gevallen werd het onderpand ingekocht door de N.V. „Stedeljjk