35 5 III. ONDERSTEUNING. A. Armlastigen. De ondersteuning van deze personen geschiedt krachtens de bepalingen van de Armenwet. De per 26 November 1934 van de Rijkssteunregeling afge voerde kooplieden en venters zijn ondergebracht bij de daarvoor gevormde onder-afdeeling „Kooplieden en Venters” en worden sedertdien eveneens gesteund krachtens de bepalingen van de Armenwet. slechten toestand van de zolderverdiepingen van de aan de Laan gelegen perceelen, de archieven naar het bij den Dienst in gebruik zijnde gebouw aan de Doornstraat worden overgebracht, hetgeen een vlotte werkwijze vaak zeer belemmert. Reeds werden plannen voor een meer economische huisvesting voor bedoelde afdeelingen ontworpen, waarbij werd rekening gehouden met de behoefte aan ruimte in verband met de wenschelijkheid een onderdeel van de administratie van den Dienst te reorgani- seeren. Op 16 Maart 1936 werd in de de-Gheijnstraat 129 een gelegen heid voor de uitbetaling der wekelijksche steunbedragen ge opend, waartoe eenige lokalen in het aldaar gevestigde school gebouw werden aangewend. Begin Juni 1936 werd wegens onvoldoende huisvesting ten gevolge van uitbreiding der werkzaamheden, het in gebruik zijnde aantal schoollokalen aan het Kortenbosch 159, waarin de afdeeling voor steunverleening aan kooplieden en venters is gevestigd, met één uitgebreid. In December 1936 werd, nadat de daartoe noodzakelijke voorzieningen waren getroffen, de zolderverdieping van het gebouw Jan-van-Gojenstraat 97/99 door ambtenaren van het Gemeentelijk Bureau voor Werkloozensteun in gebruik geno men, hetgeen de uitvoering der werkzaamheden zeer ten goede kwam. VERSLAG VAN MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1936 | | pagina 672