Bijlage 37
deelte.
VERSLAG van den Gemeentelijken Geneeskundigen
en Gezondheidsdienst te ’s-Gravenhage over het
jaar 1936.
Het jaar 1936 behoort tot het verleden en daarmee is een Algemeen ge-
kwarteeuw G. G. en G. D. in de Residentie doorleefd. Het feit
is op waardige wijze herdacht en zoowel Overheid als partikulier
initiatief, ter stede op het gelukkigst vereend, hebben zoo gé-
als overtuigend van hun medeleven doen blijken.
Hiermee is een bestaansperiode afgesloten, waarin veel is
toegejuicht en veel is gekritiseerd. Aldus juist wat het naar
den aard zijn moet: een verfijnde aandacht en belangstelling
voor een Dienst, die in een glazen huis woont en die daarmee
zoowel het risico van het te kijk zitten als dat van de broosheid
heeft te ondergaan.
Intusschen: we hebben het overleefd. Zelfs mochten we de
boodschap vernemen, dat men ons, den Dienst dan natuurlijk,
al niet meer kwijt wil. Wat ook anders had kunnen zijn.
De belangstelling en het vertrouwen in den Dienst kan bij
het publiek ook wel eens te ver gaan. B.v. wanneer men op den
tijd der ambtenaren beslag legt voor allerlei wissewasjes, als
een barstje in een montuur, wat met een eenvoudig lassinkje
is te verhelpen, of een armpje van een bril stuk, een riempje
van een breukband kapot, de zool van een verhoogde schoen
versleten. Kortom: geen ding zoo gering, of de overheidstijd is
er goed voor. Hetgeen al niet minder geldt voor den stroom van
vragen en vraagjes, w.o. er zijn als deze: de kinderen worden
grooter en moet nu het gezin een ruimere woning betrekken,
of ook: er is arbeidsongeschiktheid, die in verband met den aard
der ziekte veilig op drie weken kan worden gesteld, maar dan
tóch de eisch van iedere week een briefje. Altemaal aanloopen
en spreekuur-verzwaringen onder het motto: medische behoefte,
maar wat dan toch door geen dokter meer, hoezeer ook aan kom-
plikaties gewend, wordt begrepen.
Wat nu het jaar 1936 betreft, dit heeft zich niet door bijzon
dere voorvallen onderscheiden. Hoewel er nogal wat met ziekte
te kampen viel, bleef de Dienst voor verliezen gespaard. Wel is
het aangewezen om met een enkel woord het heengaan van den
chef van dienst, den heer A. van Buuren te gedenken, die ons