9
3
II. Vermogensbelasting.
Uit de gegevens, verstrekt door de administratie der Rijks- Vermogens,
belastingen ten aanzien van de belaste vermogens, blijkt, dat in
1935/36 het bedrag der belaste vermogens bedroeg f 1.388.882.000,
en in 1936/37 f 1.411.753.000,—, dus f 22.870.000,— meer of
1,65
Bij de beoordeeling van vorenstaande percentages is in aan
merking te nemen, dat de kwade posten voor elk belasting
jaar zijn berekend en wel voor zoover zij tot 1 Januari 1938
bekend zijn.
Deze bedragen zullen dus later verhoogd moeten worden met
de kwade posten, welke in latere boekingstijdvakken geboekt
worden en vroegere belastingjaren betreffen.
Zooals uit vergelijking met vorige verslagen kan blijken,
hebben de cijfers van de laatste belastingjaren ten gevolge van
bovengenoemde wijze van berekening wijziging ondergaan.
Staat III bevat een algemeen overzicht van verschillende Algemeen over
gemiddelde cijfers over de belastingjaren 1926/27 t./m. 1936/37. zieht.
Het gemiddeld belast zuiver inkomen, per inwoner berekend,
bedroeg in 1934/35 f 659,—, in 1935/36 f 603,— en in 1936/37
f 564,per aangeslagene in genoemde jaren onderscheidenlijk
f 2.565,f 2.550,en f 2.550,en het gemiddeld geheven
percentage van het zuiver inkomen 2,69, 3,69 en 3,68.
Blijkens de door de Rijksadministratie verstrekte gegevens Oninbare posten
omtrent de verleende ontheffingen en de oninbare posten van en onthel
de inkomstenbelasting en van de opcenten op de gemeentefonds- fingen.
belasting zijn de percentages over de jaren 1925/26 tot en met
1936/37 als volgt:
VERSLAG GEMEENTEBELASTINGEN.
1925/26
1926/27
1927/28
1928/29
1929/30
1930/31
1931/32
1932/33
1933/34
1934/35
1935/36
1936/37
Percentage
oninbaar.
Percentage
ontheffingen
en oninbaar
te zamen.
2,9
1,4
0,8
0,6
0,7
0,8
1
1,4
1,-
0,9
1,-
0,5
8,9
6,6
5,1
4,7
4,4
4,7
4,8
5,9
5,6
4,3
4,4
3,-
6,-
5,2
4,3
4,1
3,7
3,9
3,8
4,5
4,6
3,4
3,4
2,5
Percentage
ontheffingen.
(verhoudingseijfer 1,2)
1,3)
1,3)
1,3)
1,3)
1,2)
(Gem. fondsbel. 6 opc.)
6
45
65
65
70