By lage 11
Het aantal ambtenaren in vasten dienst bleef onveranderd. Personeel.
Voor de werkzaamheden verbonden aan de heffing van het reeht
van bedrijven, welke waren voortbrengen of verkoopen, waren
twee ambtenaren in tijdelijken dienst werkzaam, waarvan één
gedurende het geheele jaar, de andere gedurende 5 maanden.
Doorloopend waren 4 volontairs bij het onderzoek in het
laboratorium behulpzaam; drie hunner, die in het bezit van het
diploma van analyst waren, vonden elders een bezoldigden
werkkring. Hun plaatsen zijn door anderen ingenomen.
Het gebouw en de inventaris van den Dienst bevinden zich Gebouw en
door geregeld onderhoud in een goeden toestand. inventaris.
VERSLAG van den Keuringsdienst van waren voor
het gebied ’s-Gravenhage over het jaar 1937.
I. ALGEMEEN OVERZICHT.
Aan de artikelen, waaraan krachtens de Warenwet eischen
zijn gesteld, zijn toegevoegd de gasmaskers en de gaskleeding.
Het Gasmasker besluit (S. 1937, No. 856) is met ingang van
1 Februari 1938 in werking getreden.
Het Jam- en Limonadebesluit is door een nieuw gelijknamig
besluit (S. 1937, No. 854) vervangen, waarvan de inwerking
treding is verschoven tot 1 Januari 1939.
Het besluit, regelende de heffing van het recht, bedoeld in
art. 13 der Warenwet, is eveneens door een nieuw besluit ver
vangen, dat op 26 Juni 1937 in werking is getreden.
Gewijzigd zijn de volgende besluiten:
Voorts zijn de volgende aanduidingen voor waren bij afzon
derlijke besluiten toegelaten: „Trio-Jel” voor een kunstgelei,
„Trio-alcoholvrije Punch” voor een namaak-punch, „Anchois
salé”, „Salted Anchovies”, „Anchoa Salada” voor gezouten
ansjovis, „IJsmix A” en „IJsmix B”, en „Koena-IJs-Mixa Ge-
c.
d.
e.
a.
b.
het Wijnbesluit, S. 1929, No. 137, bij besluit van 2 Februari 1937, No. 841.
het Consumptieijsbesluit, S. 1934, No. 240, bij besluiten van 19 Maart 1937,
No. 843 en 11 Juni 1937, No. 848;
het Algemeen Besluit (Warenwet) S. 1925, No. 262, bij besluit van 11 Juni
1937, No. 849;
het Broodbesluit, S. 1935, No. 478, bij besluiten van 20 Augustus 1937,
No. 855 en 30 December 1937, No. 870;
het Eierenbesluit, S. 1931, No. 375, bij besluit van 29 Dec. 1937, No. 869;