11
10
Consumptiefs.
Cacao en choco
lade.
aantal strafvervolgingen wegens een te laag melkgehalte was
2'/2 maal zoo groot.
Het aantal monsters ongebuild brood, dat ter onderzoek
kwam, bedroeg 107, waarvan 27 met een onvoldoend gehalte aan
droge stof. In 8 gevallen werd proces-verbaal opgemaakt, in 14
werd een waarschuwing gegeven. Het roggebrood bleek met
slechts één uitzondering van voldoend droge-stofgehalte te zijn.
In het Broodbesluit is in 1937 een wijziging aangebracht,
waardoor aan krentenbrood een onschadelijke kunstmatige
kleurstof mag worden toegevoegd. Tot dusverre werd van deze
vrijgevigheid slechts door enkele bakkers gebruik gemaakt bij
een broodsoort, welke als „cakebrood” werd aangeduid.
De in den handel aangetroffen fabrikaten brood voor lijders
aan suikerziekte bleken alle te voldoen aan den eisch voor het
zetmeelgehalte gesteld (ten hoogste 40 zetmeel in de droge
stof van de kruim).
Van 17 partijen cacaopoeder bleek het watergehalte hooger
dan voor cacao is toegelaten, zij het dan, dat de afwijking gering
was. Van een tweetal dezer monsters was bovendien het gehalte
aan cacaoboter te laag.
Enkele partijen, die een aanmerkelijke schimmelwoekering
vertoonden, werden afgekeurd.
Meermalen werden in chocolade kunstmatige verzoetings-
middelen aangetroffen, steeds in partijen afkomstig van den-
zelfden fabrikant in een ander keuringsgebied. Door inbeslag
neming en ingrijpen van den desbetreffenden keuringsdienst
werd het product slechts korten tijd in den handel aangetroffen.
Afgekeurd werd een partij chocolade, waarvan het vet een
te hoogen zuurgraad vertoonde. Een drietal partijen, als melk
chocolade aangeduid, bevatten geen of onvoldoende melkbe-
standdeelen.
Aan het einde van het verslagjaar stonden 653 bereiders van
consumptiefs in het daarvoor bestemde register ingeschreven,
waarvan 420 gevestigd te ’s-Gravenhage, 50 te Delft, 44 te Gouda
en 139 in de overige gemeenten.
Er werden 310 verzoeken om inschrijving van nieuwe bereid-
plaatsen of van filiaal-verkoopplaatsen behandeld. In deze
gevallen werd steeds vooraf nagegaan of de localiteiten en
hulpmiddelen aan de eischen van het Consumptieijsbesluit vol
deden. Zeven maal werd proces-verbaal opgemaakt tegen berei
ders van consumptiefs, die niet in het register ingeschreven
waren.
Onderzocht zf n 470 monsters, waarvan 27 met melk of room
bereid waren, welke niet voldoende verhit was om gevaar voor
VERSLAG VAN DEN KEURINGSDIENST VAN WAREN.