16 Personeel der Politie. Regelingen met betrekking tot het Gemeente- personeel. zaken (K. Z.) Jhr. Mr. W. C. Six; Militaire Zaken (M. Z.) W. B. J. Plückel; Onderwijs (0.) Dr. Mr. A. Buriks; Openbare Werken (O. W.) Mr. W. F. K. Oost Budde; Sociale Zaken (S. Z.) J. van Wijk; Stadsuitbreiding en Bouwtoezicht (S. en B.) Mr. M. van der Feen; Statistisch Bureau (S. B.) Mr. P. Loosjes. Het personeel der Politie was op 1 Januari 1938 aldus samen gesteld: a. actieve politiedienst: 1 hoofdcommissaris, 4 commissaris sen, 10 hoofdinspecteurs, 29 inspecteurs le klasse, 20 inspecteurs 2e klasse, 4 inspecteurs 3e klasse, 3 adjunct-inspecteurs, 7 ambte naren toekomstig inspecteur van politie, 65 brigadiers, 1069 agenten (waaronder 2 vrouwelijke) en 19 adspirant-agenten; b. administratieve politiedienst: 2 hoofdcommiezen, 1 bu reauchef A, 8 administratieve ambtenaren B, 3 administra tieve ambtenaren A, 8 ambtenaren, 8 kantoorbedienden en 14 telefonisten; c. parkbewakingsdienst: 5 parkwachters. De Justitieele Politiedienst werd uitgeoefend door 3 commis sarissen, 5 hoofdinspecteurs, 18 inspecteurs, 7 brigadiers en 98 agenten (w. o. 2 belast met transporten). Onder den hoofdcommissaris waren op 1 Januari 1938 bij de Brandweer werkzaam: 4 inspecteurs, 13 brigadiers en 28 agenten. De Commissie van Advies, welke tot taak heeft den Burge meester en den hoofdcommissaris van Politie voor te lichten en raad te geven bij het doen van voordrachten of het nemen van besluiten tot het opleggen van straffen van eenig belang ten aanzien van politie-ambtenaren, behandelde 3 zaken, waarbij betrokken waren 4 agenten. Voor bijzondere plichtsbetrachting enz. werden aan personeel der Politie belooningen toegekend tot een bedrag van f 3.943,16. De volgende besluiten werden door den Raad ten aanzien van het Gemeentepersoneel genomen: vaststelling van een Verordening tot wijziging van de artt. 2, 3, 4, 5, 10 en 32 van de Positieregeling Politiepersoneel I (wijzi ging titels en invoering nieuwe rangen voor het administratief Politiepersoneel) (25 Januari); op 31 December was de Konink lijke goedkeuring op deze verordening nog niet verkregen; wijziging van de artt. 6, 7 en 9 van de Uitkeeringsverordening 1936 (10 Mei); wijziging van het Reglement Reservepersoneel (o.a. toeken ning van periodieke verhoogingen aan reservisten) (19 Juli); wijziging van het Bankpersoneelreglement (23 Augustus). Met Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland en den Minister van Binnenlandsche Zaken wisselden Burgemeester en Wet houders uitvoerig van gedachten inzake de met ingang van

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1937 | | pagina 20