17
45
en
TABEL XVII. Percentage, hetwelk Gemeente-, Vereenigings-
particuliere bouw uitmaakt van den nieuwbouw.
De Directeur,
P. BAKKER SCHUT.
Tabel XVIII (bladz. 41) geeft een vergelijkend overzicht van
de vermeerdering van den woningvoorraad in de vier groote
steden. De gegevens werden welwillend verstrekt door de des
betreffende diensten van Amsterdam, Rotterdam en Utrecht.
Ten slotte geeft het overzicht in tabel XIX van het aantal
gestichte woningen per 1000 inwoners, berekend naar de be
volkingscijfers op het einde van ieder jaar, een vergelijking
van de intensiteit der woningproductie in de vier groote steden
gedurende de jaren 1930 t./m. 1937.
TABEL XIX. Overzicht van het aantal gestichte woningen per
1000 inwoners, berekend naar de bevolkingscijfers
op het einde van ieder jaar.
VERSLAG STADSONTWIKKELING EN VOLKSHUISVESTING.
Nieuwbouw.
Gemeente.
JA KR.
Totaal.
Utrecht.
Amsterdam.
Rotterdam.
’s-Gravenhage.
Jaar.
208
492
1930
1931
1932
1933
1934
1935
1936
1937
1925
1926
1927
1928
1929
1930
1931
1932
1933
1934
1935
1936
1937
7934
7013
4483
4167
8111
6914
6726
6692
Abso
luut.
569
414
442
237
228
165
52
228
34
Per 1000
inw.
10,55
9,15
5,80
5,35
10,39
8,84
8,59
8,49
4,6
3,3
1,3
4,5
1,1
2631
3031
2101
4889
4160
3716
2252
2547
Abso
luut
996
178
390
116
283
177
300
176
Woningbouw-
vereenigingen.
Per 1000
inw.
4,49
5,16
3,58
8,32
6,99
6,24
3,76
4,19
In
v. tot
Voltooide
woningen.
3878
5116
5283
4549
6485
4446
2048
2330
Abso
luut
Particuliere
bou wnij verheid.
Per 1000
inw.
Voltooide
woningen.
1688
1764
879
857
895
964
505
718
Per 1000
inw.
Voltooide
woningen.
In
v. tot
Voltooide
woningen.
4,1
15,5
1771
3734
3652
3405
3604
3445
4371
4746
3894
4601
2655
1338
1573
53,1
86,3
81,4
90,7
92,7
95,1
89,3
93,3
98,7
91,4
83,4
100,-
100,-
In
V. tot.
29,8
4,1
8,7
3,0
7,3
4,9
6,1
3,4
17,1
9,6
9,9
6,3
11,-
11,29
5,63
5,39
5,56
5,98
3,12
4,41
8,86
11,37
11,49
9,69
13,59
9,22
4,21
4,75
3336
4326
4484
3758
3887
3622
4899
5086
3946
5037
3181
1338
1573