22
11
’s-Gravenhage, 23 Maart 1938.
De Directeur van het Gemeentelijk
Bouw- en Woningtoezicht,
G. A. MEIJER.
7 voor het hebben van filmbewaarplaatsen als bedoeld in
artikel 244a;
20 voor het hebben van opslagplaatsen van brandstoffen, waar
van 1 als bedoeld in het thans gewijzigde artikel 245a en 19
als bedoeld in het gewijzigde artikel 120 van de Bouw- en
Woonverordening, waaronder 12 als termijnverlenging;
3 voor poelierderijen op grond van artikel 210a. Voor al deze
inrichtingen werden voorschriften gegeven op grond van
artikel 115 der Bouw- en Woonverordening;
408 voor het aanbrengen van lichtbakken, reclameborden, zon
neschermen en dergelijke voorwerpen, op grond van de
artikelen 1 en 11b.
VERSLAG BOUW- EN WONINGTOEZICHT.