Bijlage 32
VERSLAG van de Gemeentebank van Leening
te ’s-Gravenhage over het jaar 1937.
4. ZAKELIJK OVERZICHT.
Bij besluit van den Minister van Binnenlandsehe Zaken is
1. BEHEER EN REGELINGEN.
De Bank van Leening werd beheerd door Burgemeester en Beheer.
Wethouders, bijgestaan door een Raadscommissie, bestaande uit
de heeren J. K. W. F. v. Bommel, D. B. Michon, Th. M. Dresmé
en H. Neuteboom, terwijl de heer Ir. L. J. M. Feber, Wethouder
o. a. voor de Gemeentebedrijven, als voorzitter optrad.
Het secretariaat bleef opgedragen aan den heer Mr. Dr. J.
H. Labberton, Referendaris, Chef van de afdeeling Gemeente
bedrijven der Secretarie.
Bij de Raadsbesluiten van 25 October 1937 en 20 December Wijziging van het
1937 is het Reglement voor de Bank (Verz. 1918 No. 108) aan- Bankreglement.
gevuld met art. 226is, waardoor in bijzondere gevallen, na
machtiging van Burgemeester en Wethouders, bij het verstrek
ken van geldleeningen aan arbeiders en kleine middenstanders
kan worden afgezien van borgstelling. Deze wijziging is bij
besluit van Ged. Staten der Provincie Zuid-Holland van 28 De
cember 1937 goedgekeurd. Zij geldt voorloopig voor één jaar.
2. PERSONEEL.
Per 1 Augustus 1937 is, wegens het bereiken van den pensioen
gerechtigden leeftijd, eervol ontslag verleend aan den Directeur
D. Schild. Met ingang van denzelfden datum heeft de Gemeente
raad als zijn opvolger benoemd H. L. Kooper, voor dien Inspec
teur in Algemeenen Dienst van de Gemeente.
Op 31 December waren behalve de Directeur bij het Bedrijf
werkzaam: 24 ambtenaren, 3 werklieden, één wachtgelder,
2 werkvrouwen en één min-valide werkkracht.
3. GEBOUWEN.
Op 31 December waren in gebruik: complex Westeinde 40/42
(Hoofdkantoor), Koningin-Emmakade 3 (Bijkantoor A), Korte
Lombardstraat 2 (Bijkantoor B) en Nieuwe Havendwarsstraat 2
(Bijkantoor E).
In de tweede helft van het verslagjaar is het complex West
einde 40/42 inwendig vrijwel geheel gerestaureerd. Het buiten
verf werk van deze panden eischt noodig voorziening; uitvoering
zal in 1938 plaats vinden.
De overige gebouwen verkeeren in een goeden staat van
onderhoud.