42
9
VERSLAG VAN DE SUB-COMMISSIE B DER COMMISSIE
VAN TOEZICHT OP HET MIDDELBAAR ONDERWIJS
OVER HET SCHOOLJAAR 1936—1937.
Voor het verslagjaar 19361937 werden tot voorzitter, onder
voorzitter en secretaris der Commissie gekozen de heeren Dr. W.
W. van der Meulen, R. Winkel en Mr. H. J. Morren.
Gedurende het verslagjaar kwamen in de samenstelling der
Commissie onderscheidene veranderingen.
In de vacature van der Maesen, welke in het vorige verslag
jaar onvervuld was gebleven, werd bij besluit van den Gemeen
teraad d.d. 22 Maart 1937 voorzien door de benoeming van den
heer Mr. J. W. Schuit.
De Commissie leed een gevoelig verlies door het overlijden
van den heer Mr. Dr. P. A. Roeper Bosch; in de daardoor ont
stane vacature werd overeenkomstig het voorstel der Kamer
van Koophandel en Fabrieken bij Raadsbesluit van 22 Februari
1937 voorzien door de benoeming van den heer H. Jacobson.
Op 30 Juni 1937 namen zoowel de voorzitter als de secretaris,
de heeren Dr. W. W. van der Meulen en Mr. H. J. Morren, ont
slag als lid der Commissie. De op dezen datum gehouden ver
gadering der Commissie werd bij gewoond door den Wethouder
van Onderwijs, Prof. Ir. C. L. van der Bilt, die beiden heeren
den dank van het Gemeentebestuur betuigde voor de belangrijke
diensten, welke zij gedurende een reeks van jaren aan het han
delsonderwijs hier ter stede hebben bewezen. De Commissie, die
zich reeds op bovengenoemde vergadering bij monde van haar
onder-voorzitter gaarne bij de woorden van den Wethouder had
aangesloten, stelt er prijs op ook te dezer plaatse uiting te geven
aan haar leedwezen over het vertrek van deze beide heeren; de
herinnering aan de aangename leiding van den heer van der
Meulen, alsmede aan de nauwgezette en voortvarende wijze,
waarop de heer Morren steeds zijn functie als secretaris heeft
vervuld, zal bij haar levendig blijven.
Bij Raadsbesluit van 19 Juli 1937 werd in de twee door dit
vertrek ontstane vacatures voorzien door benoeming van de
heeren Dr. C. van den Berg en Mr. Th. O. Palte. Op dienzelfden
datum benoemde de Gemeenteraad den heer F. Schiff, die aan
vankelijk ontslag als lid der Commissie had genomen, doch later
tot genoegen der Commissie daarop is teruggekomen, opnieuw
tot lid.
Op 21 Juni 1937 heeft de heer Ir. A. E. Struve, omdat hij zich
VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS.