42
16
Onderwijzend
personeel.
Jeugdeoncerten
en school-
tooneel-
voorstellingen.
Niet-onderwjj-
zend personeel, behooren.
Leerlingen. Vorderingen, vlijt en gedrag van de leerlingen gaven geen
uitbreiding en ditmaal werd ook Engeland daarin betrokken.
Onder de Nederlandsche scholieren, die reizen naar België en
Engeland maakten, bevonden zich in beide gevallen ongeveer
20 leerlingen uit deze gemeente. Daarenboven brachten 150 leer
lingen van de hoogere burgerschool aan de Raamstraat een
driedaagsch bezoek aan België.
Deze stad werd bezocht door 30 scholieren uit Luik, 54 uit
Verviers, twee groepen van onderscheidenlijk 400 en 275 uit
alle deelen van België en twee groepen van onderscheidenlijk
70 en 100 uit Engeland. Bovendien waren 24 Tsjechen enkele
dagen hier te gast.
De vier in den loop van het schooljaar 1936/1937 gegeven
jeugdeoncerten werden onderscheidenlijk door ongeveer 1870,
1900, 1800 en 1850 leerlingen, grootendeels van de hoogere klas
sen, van de scholen voor voorbereidend hooger en middelbaar
onderwijs bijgewoond. Op deze concerten, achtereenvolgens
geleid door de heeren Leo Ruygrok, Sam Swaap, Jaap Stotijn
en Willem Andriessen, werden meer in het bijzonder de orkest-
samenstelling, de strijkinstrumenten, de blaasinstrumenten en
het pianoconcert behandeld.
Voor de schooltooneelvoorstellingen waren de hieronder
vermelde tooneelwerken gekozen:
1. „Het Wederzijdseh Huwelijksbedrog” van P. Langendijk, op
25, 26 en 28 November 1936 opgevoerd door het gezelschap „Jan
Musch”,
2. „Scrooge Marley”, Veterman’s bekend Kerststuk, geschre
ven naar Dickens’ „A Christmas Carol”, op 22 en 23 December
1936 opgevoerd door „De Nederlandsche Tooneelgroep” te
Deventer, en
3. „Ces Dames aux Chapeaux Verts” van M. Acremant, op 2 en
3 Februari 1937 gespeeld door „les Tournées Ch. Baret de Paris”.
Deze voorstellingen vonden alle plaats in den Koninklijken
Schouwburg.
Zoowel voor de concerten als voor de tooneelvoorstellingen
bestond ook thans weder groote belangstelling en waardeering.
De leden van het onderwijzend personeel gaven met onver
minderde toewijding hun beste krachten om het onderwijs ten
volle aan zijn doel te doen beantwoorden.
Van toestemming om de lessen in bepaalde vakken bij te
wonen werd door verscheidene aanstaande onderwijskrachten
gebruik gemaakt.
Ook het niet-onderwijzend personeel volbracht zijn taak naar
VERSDAG VOORTGEZET ONDERWIJS.