12
7
Cysticercose. In het verslagjaar werden bij 1 rund en 1 gras
kalf zóóveel exemplaren van den cysticercus inermis (den blaas-
worm van den bij den mensch parasiteerenden lintworm taenia
saginata) aangetroffen, dat tot afkeuring van de beide dieren
moest worden overgegaan. Verder werd in het hart van 1 gemest
vet kalf een levende cysticercus inermis aangetroffen. Door deze
vondst blijkt wel, dat het noodzakelijk is de vette kalveren ook
steeds te onderzoeken op deze afwijking.
Cysticerci werden aangetroffen bij 284 runderen of 1,42
van het aantal geslachte runderen (v. j. 1,55 bij 76 gras
kalveren of 2,70 van het aantal geslachte graskalveren (v.j.
3,85 en bij 1 vet kalf.
Levende cysticerci werden gevonden bij 47 runderen of 0,24
van het aantal geslachte runderen (v.j. 0,33 bij 13 gras
kalveren of 0,46 van het aantal geslachte graskalveren (v.j.
0,59 en bij 1 vet kalf.
Onderstaande staat geeft gegevens over de vindplaatsen der
cysticerci.
Distomatose (Leverbotziekte). Wegens deze ziekte werden
afgekeurd 3 schapen, de levers van 2362 runderen, 37 gras
kalveren, 6 varkens en 1571 schapen en gedeelten van levers van
5119 runderen en 7 graskalveren.
Strongylose. Deze ziekte leidde tot afkeuring van 1 eenhoevig
dier. Verder werden de longen van 3 graskalveren en 2534
VERSLAG VAN HET OPENBAAR SLACHTHUIS.
Vet kalf.
VINDPLAATS.
Levend.
Dood.
Levend.
Dood.
1
2
2
1
Totaal
237
63
47
13
1
1
36
1
2
7
123
65
20
20
2
1
1
1
2
1
5
3
2
27
27
3
5
Rund.
Levend.|
Talrjjke cysticerci door het geheele
dier
Uitwendige kauwspier
Hart
Inwendige kauwspier
Slokdarm
Uitwendige kauwspier en hart
Uitwendige kauwspier en slokdarm
Uitwendige en inwendige kauwspier
Enkele tinnen in de uitwendige
kauwspier
Enkele tinnen in het hart
Enkele tinnen in de inwendige
kauwspier
Enkele tinnen in de uitwendige
kauwspier en in het hart
Hart, uitw. kauwspier en slokdarm
Graskalf.
Dood.