Bijlage 16 VERSLAG van den Gemeentelijken Reinigingsdienst van ’s-Gravenhage over het jaar 1938. Het lid der Commissie van Bijstand de heer L. L. E. E. M. Commissie van Moonen werd in September vervangen door den heer J. Moes- Bijstand, kops. Overigens kwam in de samenstelling der Commissie geen wijziging. De Commissie bestond op 31 December uit den heer Ir. L. J. M. Feber, Wethouder voor de Gemeentebedrijven en Openbare Werken, voorzitter en de leden de heeren C. H. P. W. van den Oever, A. van Resteren en J. Moeskops en mevrouw N. C. Boumavan Strieland. Als secretaris bleef werkzaam de heer Mr. Dr. J. H. Labber- ton, Referendaris ter Gemeentesecretarie. Het aantal ambtenaren bedroeg op 31 December 1938r) 64 (63). Personeel, waaronder 8 chauffeurs belast met het personenvervoer ten behoeve van den Gem. Geneeskundigen en Gezondheidsdienst en 1 tijdelijk schrijver 2e klasse in dienst ingevolge artikel 6 c van het Ambtenarenreglement. In vasten dienst waren op het einde des jaars 447 (456) werk lieden, waarvan 1 bij een ander bedrijf is gedetacheerd. Het aantal tijdelijke werklieden bedroeg op 31 December 1 (3) zoodat ultimo 1938 448 (459) werklieden in vasten en tijdelijken dienst aan het Bedrijf waren verbonden. Bovendien waren nog werk zaam 6 jongmaatjes-werkman aan de werkplaatsen volgens het stelsel 2 op 1 en voor het schoonhouden der diverse gebouwen en posthuizen 1 (1) werkvrouw in vasten dienst voor geheele dagen benevens 13 (14) vaste, 6 (2) tijdelijke en 3 (4) losse werkvrouwen voor eenige uren per dag. Voor aanvulling van het incompleet wegens ziekte, verlof, Los personeel, inhalen van rusturen e.d. waren over het geheele jaar gerekend gemiddeld 55 (45) losse werklieden in dienst. Dit waren goeddeels werklieden der Personeelsreserve. Het staatje op de volgende bladzijde geeft een overzicht van Ziekten, het ziekteverzuim van het personeel over het jaar 1938. x) De tusschen geplaatste aantallen betreffen de overeenkomstige aantallen over het jaar 1937.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1938 | | pagina 276