16 6 Papierkorven. Spoelen en sproeien. Urinoirs. Verzameld veeg- vnil. Wisselketels. bedroeg op het einde des jaars 7.507.780 m2 (7.388.540) m2, samen gesteld als volgt: Sneeuw en glad heid der straten, seizoen 1937/38 vond geen sneeuwval plaats. De eenige doch belangrijke sneeuwval in het laatst van het jaar vond plaats op 21 December. Door de tezelfder tijd heer- schende buitengewoon strenge koude werd de ruiming ten zeerste belemmerd. Daarom moest op de daarop volgende dagen volstaan worden met het nemen van maatregelen om althans de voornaamste kruispunten, verkeerswegen, bruggen enz. zoo veel mogelijk sneeuwvrij te maken. Hiertoe werden naast het honderdtal straatmakers van Gemeentewerken, die hun gewone werkzaamheden niet konden verrichten en dientengevolge voor de sneeuwruiming beschikbaar kwamen, alle losse sneeuw ruimers, die zich aanmeldden, te werk gesteld. Ook werd een aantal sneeuwploegen in bedrijf genomen. Na de Kerstdagen, toen de dooi was ingetreden, behoorde het door den zwaren sneeuwval en de strenge koude ondervonden ongerief spoedig tot het verleden. Het maximum aantal op één dag te werk ge stelde losse sneeuwruimers bedroeg 651. In den loop van de wintermaanden moesten nog meerdere malen maatregelen worden genomen bij gladheid van straten, bruggen enz. Hierbij zijn de nieuwe strooimachines weder van groot nut geweest. Aan loonen in verband met de sneeuwruiming en bestrijding der gladheid werd betaald f 18.848,15 (f 15.845,51), waarin begre pen de kosten van het plaatsen, vullen, wegnemen en ledigen van zandkisten. Een overzicht van de uitbreiding van het straatoppervlak sedert 1920 geven de bedrijfsgrafieken van dit verslag. De hoeveelheid in 1938 verzameld veegvuil bedroeg 23.246 (21.692) m3. In den loop van het jaar werden door den Dienst der Ge- meenteplantsoenen weder eenige standplaatsen voor wisselketels ten behoeve van den veegdienst op daarvoor geschikte plaatsen ingericht. Het plaatsen van papierkorven bepaalde zich in 1938 tot eenige aanvulling op daarvoor in aanmerking komende punten. Voor spoelen en sproeien werden verbruikt 3.192 (5.095) m3 duinwater en 3.625,7 (8.364,5) m3 welwater. In 1938 werden eenige nieuwe urinoirs geplaatst, daarentegen evenveel oude afgebroken, zoodat het totaal op het einde des jaars weder 127 was. In het in dit verslagjaar vallende gedeelte van het winter- VERSLAG GEMEENTELIJKE REINIGINGSDIENST. Totaal (3.538.121) m2. 791.406) (3.046.349) 12.664) rijwegen (kei- en klinker-). (met gesloten wegdek) trottoirs en middenpaden particuliere terreinen 3.526.296 873.574 3.095.222 12.688 7.507.780 (7.388.540) m2.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1938 | | pagina 281