34
Drankwet
Trekhondenwet
Redding van
drenkelingen.
Middernacht-
zending.
Drankbestrij
ding.
De Haagsche Vrijwillige Brigade tot Redding van Drenke
lingen telde op 1 Januari 1939 254 leden, w.o. 214 (56 dames en
158 heeren) gewone leden. Hiervan waren 41 dames en 124
heeren gediplomeerd. In 1938 werden door de leden 14 reddingen
verricht en werd 1 maal bij redding hulp verleend.
Het Consultatiebureau van de Nederlandsche Middernacht-
zending ontving in 1938 502 bezoekers. Er werden o.m. 94 vader
schapsacties gevoerd. In het Doorgangshuis zijn 30 meisjes op
genomen. De maatschappelijke werkster legde 844 bezoeken af.
Het aantal vergunningen bedroeg op 31 December 477, het
maximum aantal, vastgesteld bij Koninklijk Besluit van 24 De
cember 1930.
Het vergunningsrecht bleef bepaald op f 12,50 van iedere
f 50,huurwaarde.
De totale opbrengst van het vergunningsrecht krachtens de
Drankwet bedroeg over het vergunningsjaar, geëindigd op
30 April 1938, f 101.662,50, waarin aan hotel-vergunningsrecht
f 938,75 is begrepen.
De opbrengst van het verlofsrecht over het verlofsjaar, ge
ëindigd op denzelfden datum, was f 11.437,50.
De staat op de volgende bladzijde bevat de opgaven, bedoeld
in de artikelen 35 en 51 der Drankwet.
Bij het Haagsch Centraal Drankweercomité waren ook in 1938
aangesloten alle in de Gemeente werkende drankbestrijdings-
vereenigingen, met een totaal van 2 230 leden op 31 December.
O. a. door deelneming aan de zg. „Blauwe week” en door de
organisatie van het „Blauwe sport- en kinderfeest” werd actief
propaganda gemaakt voor de geheelonthouding. Besloten werd
tot oprichting van een Adviesbureau voor Alcoholisme op den
grondslag van Geheelonthouding. De baten van het Comité
bedroegen f 2.379,59, de lasten f 2.363,39; batig saldo: f 16,20.
Consultatiebureau voor Alcoholisme. Het aantal nieuwe
patiënten bedroeg 121, terwijl met 39 personen de behandeling
werd voortgezet. In 99 gevallen was een vonnis de reden van
aanmelding, terwijl in 24 gevallen de aanmelding uit eigen be
weging geschiedde; 37 patiënten werden gezonden door Maat
schappelijk Hulpbetoon. Onder de patiënten waren in 1938
4 vrouwen. Verscheidene patiënten sloten zich bij een geheel-
onthoudersvereeniging aan of werden, zonder aangesloten te
zijn, geheelonthouder. Wekelijks werd één zitting gehouden te
’s-Gravenhage en één te Scheveningen. De inkomsten bedroegen
f 2.482,43, de uitgaven f 2.466,06; batig saldo: f 16,37.
Op 31 December 1938 stonden bij de Politie ingeschreven 2
houders van hondenkarren en 2 hondenkarren.
