22
10
’s-Gravenhage, 22 Maart 1939.
De Directeur van het Gemeentelijk
Bouw- en Woningtoezicht,
G. A. MEIJER
5 voor het hebben van film bewaarplaatsen, als bedoeld in
artikel 244a;
10 voor poelierderijen op grond van artikel 210a. Voor 6 dezer
inrichtingen werden voorschriften gegeven op grond van
artikel 115 der Bouw- en Woon verordening;
453 voor het aanbrengen van lichtbakken, reclameborden, zonne
schermen en dergelijke voorwerpen, op grond van de arti
kelen 1 en life;
11 voor het hebben van eene gelegenheid ten behoeve van het
opbaren en/of het bewaren van lijken, op grond van arti
kel 263a;
41 voor het houden van een hondenkennel, op grond van arti
kel 281.
VERSLAG BOUW- EN’ WONINGTOEZICHT.