Byiage 31
VERSLAG van de Gemeentelijke Hypotheekbank, het
Noodhypotheken fonds en het Rijkshypothekenfonds
van ’s-Gravenhage over 1938.
Evenals in de laatste jaren het geval was, ondervonden de Algemeene
hypotheekinstellingen ook in 1938 den invloed van de minder beschouwingen,
gunstige tijdsomstandigheden. Er hadden slechts enkele execu
ties plaats. Van eenige posten moest de liquidatie worden voor
bereid. Het betreft hier in het bijzonder uit het Rijkshypotheken-
fonds en het Noodhypothekenfonds verstrekte hypotheken.
Zooals bekend, werden deze fondsen destijds ingesteld ter bevor
dering van den bouw van middenstandswoningen en werden
hieruit voor dit doel in verhouding tot de waarde van de onder
panden hooge hypotheken verstrekt. Nu de waarde van het
onroerend goed belangrijk is gedaald, moet bij de liquidatie van
de bedoelde posten op een aanzienlijk verlies worden gerekend.
Ook van de Gemeentelijke Hypotheekbank zullen vermoedelijk
eenige posten moeten worden geliquideerd. Aangezien deze
posten over het algemeen minder zwaar belast zijn dan de
posten uit het Noodhypothekenfonds en het Rijkshypotheken-
fonds, zal het verlies hierbij vermoedelijk minder belangrijk zijn.
Bovendien zal dit verlies uit de reserve van de Bank worden
gedekt.
Ofschoon in verscheidene gevallen, ter voorkoming van
executie, opschorting van aflossing en/of uitstel van betaling
der rente moest worden toegestaan, was over het algemeen de
betaling van de verschuldigde renten en aflossingen bevredigend.
Ook in dit jaar betaalden vele geldnemers reeds vóór den ver
valdag. In verband met den lagen rentestandaard slaagden vele
geldnemers er in elders hypotheek op voordeeliger voorwaarden
te verkrijgen en losten de leeningen af, hetzij vervroegd, hetzij
bij den afloop van den leeningstermijn. Er werden bij de drie
hypotheekinstellingen te zamen 83 leeningen geheel af gelost tot
een totaal bedrag van rond f 2.310.400,—.
Zooals in de algemeene beschouwingen in het verslag over
1937 reeds werd medegedeeld, werd in 1938 voortgegaan met een
algemeene verlaging van de hypotheekrente. Aan alle geld
nemers, welke daarvoor in aanmerking kwamen en aan de
gestelde voorwaarden voldeden, werd de verlaging toegestaan
met terugwerkende kracht van 1 Juli 1937 af.