67
b. Bijzonder onderwijs.
c. Inrichtingen tot opleiding van ondenvijzers
en onderwijzeressen.
De afdeeling A van de Rijkskweekschool telde bij den aan- Rjjkskweek-
vang van den cursus 1938/1939 in het eerste leerjaar 19 (7 m. school,
en 12 vr.), in het tweede 24 (7 m. en 17 vr.) en in het derde 19
(12 m. en 7 vr.) leerlingen. Van de 19 candidaten legden in 1938
14 (9 m. en 5 vr.) met goed gevolg het eindexamen af; aan hen
werd de akte als onderwijzer (es) uitgereikt, terwijl 5 vrouwelijke
geslaagden bovendien de aanteekening voor nuttige handwerken
verwierven. 14 candidaten (9 m. en 5 vr.) namen deel aan het
examen voor handenarbeid; hiervan slaagden 8 mannelijke en
5 vrouwelijke leerlingen. 1 mannelijke en 3 vrouwelijke leer
lingen konden aan het einde van het leerjaar niet tot een
hoogere klasse worden bevorderd.
Voor gegevens omtrent de bijzondere scholen voor gewoon
en buitengewoon lager onderwijs wordt verwezen naar bladz.
26 van het verslag omtrent het lager onderwijs (bijlage 40).
De „Vereeniging tot bevordering van het onderwijs in han- Cursussen voor
denarbeid” gaf 3 cursussen in kartonnage, 13 in houtarbeid en handenarbeid.
4 in pitrietvlechtwerk, totaal 20 cursussen. Het aantal leerlingen
was op 1 December 115, waaronder 10 betalende. Het school
geld bedroeg voor de betalende leerlingen f 10,per cursus en
per leerling voor het onderwijs in kartonnage en rietvlechten
en f 12,50 per cursus en per leerling voor het onderwijs in hout
arbeid. Voor een groot aantal leerlingen werd het schoolgeld
lager gesteld. Het onderwijs werd gegeven door drie onderwij
zers, alsmede door een vakman in rietvlechten.
In verband met het steeds dalende aantal leerlingen en met
het feit, dat aan zoo vele openbare en bijzondere scholen in de
Gemeente gelegenheid is gekomen tot het ontvangen van onder
wijs in handenarbeid, is in overleg met den Wethouder van
Onderwijs besloten de Vereeniging op te heffen en werden de
cursussen 31 Maart 1939 beëindigd.
Bij het begin van den cursus 1937/1938 bedroeg het aantal School voor vol-
leerlingen der school van de vereeniging „School voor Vol- wassenen.
wassenen” 83, waarvan 27 vrouwen; in den loop van den cursus
steeg het totaal aantal leerlingen tot 92, waarvan 27 vrouwen.
Het onderwijzend personeel bestond uit 1 hoofd en 3 onder
wijzers.
Voor het onderwijs aan zieke kinderen wordt verwezen naar Onderwijs aan
het verslag der Stichting „Onderwijsfonds voor zieke kinderen zieke kinderen,
te ’s-Gravenhage” (bijlage 41).