42
38
I 5,5 I
4,4 5,4
4 R O
verdeeling van de leerkrachten naar de verschillende inrich
tingen en richtingen van onderwijs te handhaven. In het
volgende overzicht worden daarom slechts de totale aantallen
gegeven, betrekking hebbend op de instellingen vermeld in
staat IX. Voor zoover de gegevens volledig zijn verstrekt, is
ten slotte rekening gehouden met de lesuren gegeven aan andere
inrichtingen dan de in den staat vermelde.
Door rekening te houden met dubbeltellingen verminderde
het aantal leerkrachten naar den toestand bij den aanvang van
de leerjaren in 1935 t./m. 1938 onderscheidenlijk van 559 tot 450,
van 573 tot 458, van 560 tot 457 en van 565 tot 467. Daardoor heeft
de verdeeling van de leerkrachten naar het aantal lesuren per
week op deze tijdstippen een zeer belangrijke wijziging onder
gaan. Van de leerkrachten op die data waren er onderschei
denlijk 88 (19,6 pCt.), 108 (23,6 pCt.), 98 (21,4 pCt.) en 93 (19,9 pCt.)
verbonden aan andere niet in staat IX vermelde inrich
tingen. Medetellend de lesuren aan die instellingen, heeft de
verdeeling der leerkrachten opnieuw een sterke wijziging
ondergaan.
VERSLAG VOORTGEZET ONDERWIJS.
Leerkrachten met
21
26
6
11
16
80
20
25
10
15
lesuren per week.
31
143
565
63
88
57
54
129
38 a)
38
467
21
21
139
166
44
H
n
Idem
w
n
3
8
1
6
4
15-9-’38
15-9-’37
15-9-’36
15-9-’35
3,6
4,6
17
21
20
is
21
16
22
19
44
40
34
34
109
110
107
111
54 3)
64 4)
61
78
Totaal
aantal leer
krachten.
100,-
100,-
100,-
100,-
467
457
458
450
1
t/m. t./m. j t/m. t./m. t/m. t/m.
5
I 6’-
28
25
25
28
31
t./m.
35
11,6
14,-
13,3
17,3
s>
Aantal, niet rekening houdende
met dubbeltellingen
Aantal, rekening houdende met
dubbeltellingen
Aantal, medetellende de lesuren
aan andere, niet in etaat IX
vermelde, inrichtingen
15-9-’38
15-9’37
15-9-’36
15-9-’35
1
.,2
4
24,1 39,6
23,4 i 41,3
24,7 i 36,-
194
181
189
162
In pCt. van het totaal.
9,4 23,3
8,7
7,4
7,6
4,5
3,5
4,8
4>- I 6,2 4,2
1) Hiervan 2 met 36 en X met 40 lesuren.
2 met”39 en 1 met 40 lesuren.
1 37, 1 met 38, 1 met 39 en 1 met 42 lesuren.
en 1 met 40 lesuren.
1 42