f 6.856.271,33
f 8.803.225,—
f 8.803.225,—
f 6.856.271,33
f
f
f
37a
Bedrag der
37a
204.432,70 f
59.223,36
37a
1.048.381,32 f
37a
813.732,84 f
Rente
ten honderd. 1
Rente
ten honderd.
Restant schuld op
31 December 1939.
Redrag der renten
over 1939.
Bedrag van het
aflossings-
bestanddeel in de
annuïteit in 1939.
27<
27a
3
37«
37a
4
47a
I Bedrag der aflossingen
j in 1989.
8.561,25
17.712,50
37.635,—
6.662,50
735,—
122.080,—
810,—
194.196,25
j Restant schuld op
31 December 1939.
2' 4
27a
27s
3
3-37a
37s
37<
33/,
37a
35/8
33/<
4
47<
6
III. Gewone leeningen, aangegaan met eigen fondsen.
f 4.569.046,58 f 163.187,58 f 106.587,—
I. Gewone leeningen, aangegaan met derden.
f 125.000,—
6.583.750,—
1.525.000,—
38.777.500,—
11.942.000,—
3.354.000,—
8.660.400,—
11.354.000,—
95.784.455,—
22.745.750,—
11.070,—
7.000,—
4.000.000,—
376.000,—
f 205.245.925,—
V. Annuïteitsleeningen, aangegaan met eigen fondsen.
f 4.089.614,58 f 204.432,70 f 145.209,34 f
"j Bedrag van het
Bedrag der rentebestanddeel
annuïteiten in 1939.1 in de
annuïteit in 1939.
II. Inschrijvingen op het Grootboek A der Gemeentesehuld
(inschrijvingen voor rond 5 en 10 jaren).
f 380.500,—
708 500,—
1.254.500, —
205.000,—
21.000,—
3.052.000,—
18.000,—
5.639.500, —
Bijlage 4
OVERZICHT DER GEMEENTESCHÜLDEN
(Kasgeldleeningen uitgezonderd).
IV. Annuïteitsleeningen, aangegaan met derden (behalve het Rijk).
37a f 974.790,93 f 47.387,75 f 34.566,43 f 12.821,32
VII. Rjjksvoorschotten Vereenigingsbonw (annuïteitsleeningen).
f 15.313.946,23 f 813.732,84 f 545.380,41 f 268.352,43
VI. Rijksvoorschotten Gemeentebouw (annuïteitsleeningen).
f 19.348.924,95 f 1.048.381,32 f 689.763,98 f 358.617,34