9
2
1
Aangeslagenen,
zuiver inko
men, kinder
aftrek en
opbrengst der
belasting.
Toeneming be
volking;
vermeerdering
aantal aan-
geslagenen,
zuiver inkomen
en i
percenten.
A. Inkomstenbelasting, vermogensbelasting en gemeentefonds
belasting.
Toeneming der bevolking
Vermeerdering aantal aangeslagenen
zuiver inkomen vóór kinderaftrek
der opbrengst
Het zuiver inkomen en de opbrengst stegen sedert 1936/37
met onderscheidenlijk rond f 21.124.000,en rond f 3.933.700,
IJ
U
7,6
39,2
Ook in dit verslag worden nog enkele gegevens opgenomen
betreffende de met ingang van 1 Mei 1931 vervallen plaatselijke
directe belasting naar het inkomen. Deze gegevens hebben nog
statistische waarde en vinden vermelding in het algemeen
overzicht (zie staat III).
I. Rijksinkomstenbelasting (zie staten I en II).
Staat I geeft voor groepen van zuivere inkomens en in
totaal een overzicht van het aantal aangeslagenen, het vast
gesteld zuiver inkomen vóór kinderaftrek, het aantal kinderen,
waarvoor aftrek plaats vond en de belastingopbrengst met inbe
grepen opcenten over de belastingjaren 1936/37, 1937/38 en
1938/39.
Het aantal aangeslagenen bedroeg in 1936/37 106.856, in
1937/38 106.141 en in 1938/39 108.631; het vastgesteld zuiver
inkomen vóór kinderaftrek bedroeg in genoemde jaren onder
scheidenlijk rond f 272.454.600,—, f 276.516.000.— en f 293.579.000
en de opbrengst rond f 10.028.855,f 11.124.197,en
f 13.962.556,—.
De vermeerdering van de opbrengst der inkomstenbelasting
over het laatste jaar is mede het gevolg van verhooging der
opcenten op de hoofdsom der Rijksinkomstenbelasting.
Het aantal inwoners bedroeg op 1 Mei 1936 482.665, 1 Mei 1937
486.903 en 1 Mei 1938 491.077.
Uit onderstaande cijfers blijkt, in percenten uitgedrukt, de
toeneming der bevolking, de vermeerdering van het aantal
aangeslagenen, van het zuiver inkomen en van de opbrengst
opbrengst in ^er inkomstenbelasting.
Staat II toont aan de verhouding, uitgedrukt in percenten,
van het aantal aangeslagenen, het zuiver inkomen vóór kinder
aftrek en de opbrengst der belasting naar groepen van inkomens.
VERSLAG GEMEENTEBELASTINGEN.
Van 1937/38
op 1938/39
0,9
2,3
6,2
25,5
Van 1936/37
op 1938/39
